Veertig procent van de jonge hoogopgeleiden vindt
dat ze recht heeft op een hoger salaris, maar als het erop aankomt vinden de
meesten een leuke baan en gewoon “gelukkig blijven” toch het
belangrijkst.
Zoals ieder jaar peilde vacatureblad Intermediair
de verwachtingen en ambities van een kleine vijfduizend hoogopgeleiden met
minder dan tien jaar werkervaring. Dit jaar zien ze het somber in. Slechts 12
procent noemt de huidige arbeidsmarkt gunstig of zeer gunstig, tegen 73 procent
vorig jaar.
Tegelijk hebben hoogopgeleiden nog altijd hoge salarisverwachtingen.
Een steeds groter deel (41 procent) vindt dat een hoger salaris beter bij hun
huidige baan ‘past’ – een lichte stijging ten opzichte van
2008 (38 procent) en 2007 (33 procent). Een nog grotere groep (62 procent) verwacht
bij hun eerstvolgende baan meer te zullen verdienen. Ook dat is meer dan de afgelopen
jaren.
Maar geld geeft niet de doorslag. Op de vraag wat ze over vijf jaar
bereikt willen hebben, noemt 73 procent ‘een leuke, uitdagende
baan’. Bijna evenveel hoogopgeleiden (71 procent) wil vooral ‘gelukkig blijven’ en een kleine helft (48 procent) hoopt over vijf
jaar ‘intellectueel gegroeid’ te zijn.
De bevraagde hoogopgeleiden denken langer te moeten werken. De verwachte
pensioengerechtigde leeftijd steeg de afgelopen jaren van 64 jaar (in 2005) tot
66 jaar (in 2009). Maar ook de gewenste pensioenleeftijd ging omhoog: van 59 in 2005 tot 61 dit jaar.
De kloof tussen willen en kunnen blijft dus even groot.
Net als ieder jaar stelde Intermediair
ook een top-tien van populairste werkgevers samen. Opvallend is dat de twee
grote Nederlandse banken hun plek daarin behouden. ING levert slechts één
plaats in (van vijf naar zes) en de Rabobank springt van drie naar nummer één.
Overigens staan precies dezelfde werkgevers in de top-tien als een jaar terug. Philips
en Shell vervolledigen, net als in 2008, de top drie.