Nieuws

Lerarenopleidingen: ingrijpen of niet?

Moet de overheid ingrijpen bij de lerarenopleidingen in het hbo of kan de sector het alleen af? Volgens de parlementaire commissie-Dijsselbloem moet de minister zich nadrukkelijk met de lerarenopleidingen gaan bemoeien.

Die moeten ‘in afwijking van wat in het hoger onderwijs gebruikelijk is, door de overheid vastgestelde curricula en examenprogramma’s krijgen’. Immers: ‘Voor de kwaliteit van het onderwijs is de kwaliteit van de lerarenopleidingen cruciaal. ‘Een verstandige gedachte’, zegt Adrie van der Rest, directeur van de Onderwijsraad, over de aanbeveling. ‘De overheid is tenslotte verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs en de lerarenopleidingen zijn daarvan een belangrijke pijler.’

Een rondje langs de lerarenopleidingen in het hbo maakt duidelijk dat ‘het veld’ bepaald niet zit te wachten op overheidsingrijpen. Ans Buys, directeur van de Fontys lerarenopleidingen in Tilburg en voorzitter van het directeurenoverleg van de educatieve faculteiten (ADEF), is niet bang voor de hete adem van de overheid. ‘Vanwege de kritiek op het kennisniveau van de afgestudeerde tweedegraads leraren hebben we zelf het initiatief genomen voor het project Kennisbasis. Het is prima dat de overheid hier kritisch naar kijkt. Zeg maar op welke punten het beter kan, dan zullen we dat bijstellen. Maar de overheid moet zich niet bemoeien met hoe wij onderwijs geven; dat kunnen we zelf wel.’

Geri Bonhof, collegevoorzitter van de Hogeschool Utrecht en vice-voorzitter van de HBO-raad, vindt dat de lerarenopleidingen de eindtermen en het niveau zelf moeten bepalen, in samenwerking met de afnemende scholen. ‘Het ministerie van OCW bekrachtigt en bewaakt dat, maar is niet in staat om te bepalen hoe het curriculum van bijvoorbeeld de lerarenopleidingen aardrijkskunde er uit moet zien’, stelt zij. ‘Met de kennisbasis en de gemeenschappelijke toetsen voldoen we volgens mij aan de eis van de commissie-Dijsselbloem.’ (HOP)