Hbo-docenten klagen vaker over toenemende werkdruk dan
universitaire docenten. Ze willen ook vaker uit het onderwijs vertrekken, blijkt
uit cijfers van de Barometer Onderwijs van de Volkskrant.
Een kwart van de hbo-docenten noemt de werkdruk ‘sterk
verslechterd’, blijkt uit het online onderzoek in opdracht van de Volkskrant. Nog eens 38
procent heeft ‘enigszins verslechterd’ aangekruist. Bijna alle anderen zeggen
dat de werkdruk gelijk is gebleven. Slechts vijf procent ziet een verbetering en
één op de honderd zelfs een zeer sterke verbetering.
Voor het onderzoek zijn docenten van alle schoolniveaus ondervraagd, van
lagere school tot universiteit. Zij geven zichzelf op. Van de bijna 2500
respondenten is elf procent hbo-docent en geeft drie procent les aan een
universiteit.
Door de kleine aantallen boeten de uitkomsten voor universitaire docenten
aan zeggingskracht in. Eén op de vijf van hen zegt een sterk verslechterde
werkdruk te ervaren. De helft spreekt van ‘enigszins verslechterd’. Nog geen
kwart denkt dat de druk gelijk gebleven is. Net als onder hun hbo-collega’s zegt
een kleine groep (vijf procent) dat de werkdruk juist enigszins is afgenomen en
één procent ervaart een zeer sterke verbetering.
In het hoger onderwijs voelen docenten zich beter op hun plek dan in
andere schooltypen. De Volkskrant wilde weten of docenten van plan zijn het
onderwijs binnen twee jaar te verlaten. Onder docenten van middelbare scholen
zegt driekwart dat ‘zeker’ of ‘waarschijnlijk’ te doen. Onder juffen en meesters
van basisscholen denkt 39 procent binnen twee jaar ergens anders te werken.
In vergelijking met hen valt de score van hbo-docenten wel mee: slechts
22 procent is van plan binnenkort het onderwijs te verlaten, waarvan de helft
het zeker zegt te weten, terwijl de andere helft het hokje ‘waarschijnlijk wel’
aanklikte. In het wetenschappelijk onderwijs zijn de percentages nog lager: zes
procent in totaal, gelijk verdeeld over de zekerweters en de
misschien-zeggers.