Dat schrijft collegevoorzitter Geri Bonhof – samen met de collegevoorzitters van Hogescholen Rotterdam, Den Haag en Inholland – vandaag in een ingezonden brief aan de Volkskrant. De vier voorzitters reageren op het advies van de commissie-Rinnooy Kan over de versterking van de positie van leraren.
De vier staan achter de plannen van de commissie om de salarissen van leraren die zich laten bijscholen te verhogen, maar denken dat academische kennis alleen niet zaligmakend is. Zeker in de grote steden zijn docenten volgens hen beter af met de praktijkgerichte masteropleidingen in het hbo. Het praktische instrumentarium dat ze
nodig hebben om de 'rauwe problematiek van het basis- en beroepsonderwijs' het hoofd te bieden, zouden zij niet of onvoldoende krijgen aangereikt bij wetenschappelijke masteropleidingen of bij het schrijven van een proefschrift.
De vijf miljoen euro die minister Plasterk in zijn begroting uittrekt voor de bestrijding van de uitval onder allochtone studenten aan universiteiten en hogescholen staat volgens de ondertekenaars in geen verhouding tot het miljard van Rinnooy Kan voor salarisverhogingen. Als dat geld niet bij de allerbeste docenten terechtkomt en het bovendien wordt gefinancierd met bezuinigingen in het hoger onderwijs, schiet minister Plasterk zijn doel voorbij. (HOP)
Nieuws