Onderwijsbond AOb heeft de financiële gegevens van alle bekostigde onderwijsinstellingen online gezet. In één oogopslag is duidelijk hoe rijk een universiteit of hogeschool in 2006 was.
Met de site www.hoerijkismijnschoolbestuur.nl wil de AOb laten zien dat het Nederlandse onderwijs – van basisonderwijs tot hoger onderwijs – veel geld in reserve houdt. De solvabiliteit – het percentage waarmee een instelling aan zijn langlopende verplichtingen kan voldoen – zou volgens de vakbond niet boven de toch al ‘royale marge’ van vijfenveertig mogen uitstijgen. Publiek bekostigde instellingen lopen een gering financieel risico, is de redenering, en dus kunnen ze een groter aandeel van hun reserves investeren in goed onderwijs.
De informatie komt uit de jaarverslagen van de instellingen. De site laat naast de jongste cijfers ook de ontwikkeling zien vanaf 2002. Eind 2007 publiceerde de HBO-raad zijn eigen jaarlijkse rapport over de financiële positie van de bekostigde hogescholen in 2006. De VSNU maakt zo’n nota niet, omdat de universiteiten dit soort informatie liever afzonderlijk naar buiten brengen.
In het hbo is de kleine Katholieke Pabo Zwolle sinds jaar en dag de instelling met de grootste reserves. De hogeschool had in 2006 een reserve van bijna 88 procent. De HU zit op 46 procent.