De meeste buitenlandse studenten krijgen geen band met Nederland. Daarom vertrekken ze bijna allemaal weer zodra ze hun studie hebben afgemaakt en blijven ze hier niet werken.
Dat zegt Nuffic-directeur Sander van den Eijnden vandaag in de Volkskrant. Volgens hem zou Nederland zich meer moeten inspannen om buitenlandse studenten zich thuis te laten voelen.
Nederland biedt veel Engelstalig onderwijs, waardoor er veel buitenlandse studenten hierheen komen. Maar er kleeft een nadeel aan het Engels als voertaal, meent Van den Eijnden. 'Buitenlandse studenten staan aan de rand van de samenleving, omdat ze niets doen in het Nederlands. Het is een treinrit in een geblindeerde coupé. Buitenlandse studenten razen door een leeg landschap. Dan stap je niet voor langere tijd uit.'
Er komen meer buitenlandse studenten hierheen dan er Nederlandse studenten in het buitenland gaan studeren. Deze ‘onbalans’ kost ruim honderd miljoen euro per jaar aan onderwijsbekostiging. Van dat bedrag is de Tweede Kamer geschrokken. Partijen van links tot rechts hebben er vragen over gesteld: waarom zou Nederland buitenlandse studenten moeten subsidiëren?
'Van den Eijnden is al enige tijd geleden geïnterviewd', zegt een woordvoerder van de Nuffic. 'Toen was de aanleiding niet die honderd miljoen euro aan kosten voor buitenlandse studenten; die context komt voor rekening van de Volkskrant.'
Want ondanks de kosten blijft Nuffic internationalisering belangrijk vinden. Goede buitenlandse studenten zijn alleen al goed voor de universiteiten en hogescholen waar ze studeren, zegt de woordvoerder: 'Ze leveren met hun inbreng in het onderwijs een bijdrage aan de kenniseconomie.'
Staatssecretaris Zijlstra schrijft binnenkort een brief aan de Tweede Kamer met een visie op internationalisering in het hoger onderwijs.
