Columns

Noah krijgt een baby-aapje

Columniste Noah Moeys studeert Journalistiek aan de HU en Liberal Arts & Sciences aan de UU. Voor haar journalistiekstage verblijft ze in het Amazonegebied. Haar belevenissen deelt ze iedere veertien dagen op de site van Trajectum. Vandaag: kinderverjaardag, baby-aapje, super schattig …

Finalmente!’ riep de indiaan toen hij eindelijk raak had geschoten met zijn geweer. Met een plof viel een grote, rode brulaap uit de boom in het Amazone regenwoud. Mooi, dat zou weer eten zijn voor drie dagen. Perfect getimed voor de verjaardag van Jairo, het jongste broertje van mijn gastfamilie in het indianendorp.

Terwijl hij het bloedende dier uit de bosjes viste, zag de indiaan tot zijn schrik dat er een levende babyaap aan vastgeklampt zat. Het rode pluisbolletje keek met halfgesloten oogjes naar me op en het was al te laat: ik was verliefd. Aangezien de indiaan niets aan het beestje had – ‘er zit geen vlees aan en hij is te klein om al te verkopen aan de zwarte markt’ – gaf hij de aap aan mij.

Daar zat ik dan. Een 22-jarige Utrechtse meid in het Amazone regenwoud, een maand te gast bij een indianenfamilie en trotse eigenaar van een babybrulaap.

Was het maar zo’n feest als ik me eerst had voorgesteld. Wat gaf je zo’n beestje nou te eten? Blijkbaar drinken ze melk maar als ik het flesje in zijn mond duwde, oefende hij zijn ‘brul’ – en zaten we beiden onder. Ook houden apen van haren, want hij ging het liefste op mijn hoofd zitten. Schattig, dacht ik eventjes. Helaas liet hij niet los zonder drie grote plukken haar uit mijn hoofd te trekken.

Toen kwam de nacht. Als moeder zijn van een mensenkind net zo wordt als moeder zijn van een apenkind, dan pás ik. Om het uur werd hij schreeuwend wakker. Na een aantal uur wist hij hoe hij uit zijn doos kon klimmen die naast mijn houten-planken-bed stond. Als slapeloze zombie ging ik de routine meerdere malen door: onder muggennet vandaan komen, aap pakken, aap voeren, aap uit mijn hoofdhaar trekken, gestoken worden door muggen, aap weer in doos stoppen. Als ik dan eindelijk weer platlag, kon ik het niet helpen en vond ik hem toch wel een schatje.

De volgende ochtend was Jairo jarig. Met mijn aapje op de schouder ging ik zitten aan de ontbijttafel, en even wist ik niet wat ik moest.

Daar lag ze. De apenmoeder.