Olivier Kikkert studeert Journalistiek aan de HU en schrijft columns voor Trajectum.
Studenten lezen de papieren krant niet meer. In de trein kijk ik om me heen, zie alle ogen wel richting de schoten gericht, maar de geur van een opengevouwen krant is niet te bekennen. Iedereen heeft vandaag de dag de bankpas, de krant, een boek, muziek en hun vrienden in dat kleine rechthoekige scherm. De mobiel.
Het blijft voor mij charme hebben. Een LP uit de albumhoes halen. Een portemonnee, fijn bruin leer waaruit je bankpas komt, of liever nog cash. Zo ook een krant. De geur alleen al. Vers bedrukt papier, zwart opgedroogd inkt. Elke ochtend opnieuw, de actualiteit die uit de drukpersen dendert, op weg naar de menigten.
Mathijs van Nieuwkerk omschreef afgelopen zondag in één woord het gevoel van Franse chansons. ‘Tederheid’. Hij legde het uit als iets begeren, maar jezelf beheersen. Naar iets verlangen, maar de tijd nemen.
Door technologie gaat alles steeds sneller. Mobieltjes kunnen meer en dat heeft natuurlijk voordelen. Het nieuws komt sneller tot je. De muziek is goedkoper, op Spotify staan meer dan 30 miljoen liedjes. Maar die tederheid waar Matthijs het over had, plantte de vraag in mij: is er nog genoeg tederheid? In deze maatschappij van constant meer, sneller, alles dichterbij, alles in je kontzak, op je mobiel.
Vanavond zit ik bij een concert van Bob Dylan in Amsterdam. De beste man is inmiddels 81 jaar oud. Velen die hem al gezien hebben omschrijven hem nu als houterig en soms onverstaanbaar. Maar allen zijn we het eens over één punt: Het is pure charme waar je naar kijkt. Daar staat straks die man, recht voor m’n neus, die de inspiratie vormde voor The Beatles en The Rolling Stones.
Ik verlang soms naar meer tederheid en charme. Een studentencafé dat blauwstaat van de rook, jazz in plaats van de top-40, oude artiesten, studenten die opkijken van hun mobiel en een gesprek hebben met elkaar…
Én ook: de geur van kranten in de trein.