Drie jaar lang droomde ik er al van, studeren in het buitenland. Wat ooit begon als een onuitgewerkt plan op mijn studentenkamertje is eindelijk geen stip aan de horizon meer. En daarbij: ik mag mijn avonturen delen in een tweewekelijkse column voor Trajectum. Columns vol met tips, tricks en verhalen over dingen die je vooral (niet) moet doen als je zelf ineens als international voor een paar maanden in het buitenland belandt.
Mijn beloofde land is Denemarken, en hoewel het misschien maar acht uur rijden is met de auto, voelt de tocht als wereldreis. Alsof ik de zeilen op een koopvaardijschip mag hijsen en het onbekende in ga varen. Zoals de scheepvaarders voor de moderne tijd op avontuur gingen. Op naar een compleet onbekend bestaan.
Nou ja, niet helemaal zoals de scheepvaarders. Er was geen urenlang afscheid waarbij ik aan boord van een boot klom, over mijn schouder keek en hoopte dat ik mijn geliefde ooit nog zou zien. Alleen verdrietige blikken toen ik in de auto stapte; maar met een beetje fantasie lijkt de donkergrijze Toyota Avensis Verso toch op een machtig VOC-schip.
Ook onderweg waren er geen mythische zeemonsters om bang voor te zijn of hoge golven om te trotseren, enkel wat files door Duitse wegwerkzaamheden. Het roadtrippen met twee goede vrienden was gezellig en ging voorspoedig. Alleen scheurbuik was een reële angst, want een stop voor junkfood onderweg is snel gemaakt. En zelfs daarvoor greep mijn moeder in door lunchpakketten te maken.
De meeste voorbereiding zat hem in alle papieren en paperassen die ik moest invullen en mailen naar de HU, de overheid en mijn Deense school. En hoewel ik vol van avontuur ben, hoor ik stiekem een stemmetje dat zich afvraagt: hoe romantisch is zo’n verblijf in het buitenland nog? Een wereldreis maak je al snel in je tussenjaar; al mijn vrienden reizen af naar Bali, New York, Thailand, Zuid-Afrika of een of ander ver onbekend oord.
Als ik straks ineens vergeet hoe een wasmachine werkt, dan kan ik altijd naar het thuisfront Facetimen. Via Skype kan ik een hapje eten met mijn vriendin. Via Instagram en Facebook kan ik vertellen hoe leuk mijn nieuwe wereld is. Daar komt geen flessenpost of logboek bij te pas.
Het liefst zou ik brieven naar vrienden en familie schrijven waarvan je hoopt dat je zorgvuldige met ganzenveer gepende woorden aankomen. Maar even een appje sturen is toch een stuk makkelijker.
Toen ik voet zette in de haven van Aarhus had ik geen kapers gezien, geen kameraden verloren aan de maanden durende reis en was ik niet zeeziek. Hooguit een beetje misselijk van mijn smartphone waarop ik zat te staren in de auto. Maar ergens diep van binnen voel ik me ondanks alles een echte avonturier. Die stip op de horizon is nu de horizon waarop ik uitkijk vanuit de haven van Aarhus. Over twee weken lees je in mijn volgende column hoe mijn nieuwe bestaan hier is. Gewoon hier online op de site van Trajectum. Ook hier komt geen ganzenveer bij te pas.