Reportage

Paarse Donderdag: ‘Zorg voor queervrienden om je heen’

Foto: Kees Rutten

Acteur en theatermaker Tijn de Jong bezocht Hogeschool Utrecht op paarse Donderdag. Hij vertelde over gender, het belang van de queercommunity en gaf tips. ‘I’m preaching to the choir.’

Er zijn minstens tien tinten paars in het lokaal op Padualaan 101. Paarse truien, ballonnen, nagellak en petjes. Vijftien studenten zitten klaar voor Tijn de Jong (31). Ze kletsen en lachen, maar worden stil als de acteur begint te praten.
‘Dit vraag ik bijna nooit want ik wil geen mensen outen, maar hier kan ik het wel vragen. Wie is er hier queer?’
Alle handen schieten omhoog en er klinkt gelach. Bij de hechte groep van de GSA (gender en sexuality alliance) van de HU is queer-zijn de norm.

Paarse Vrijdag is een dag waarop scholieren en studenten door het dragen van de kleur paars op school hun solidariteit kunnen tonen met lhbt+’ers. De GSA viert het dit jaar een dagje eerder, want op donderdag zijn er veel meer studenten en medewerkers op de HU. Naast het bezoek van Tijn staat een Voguing-workshop, een lunch en een drag performance op het programma.

‘Mijn voornaamwoorden zijn hij/hem, die/diens of hen/hun’, zegt Tijn vrolijk. Hij is theatermaker, acteur, ervaringsdeskundige en actief op Instagram. Daar geeft hij zijn zevenduizend volgers tips om te oefenen met voornaamwoorden, is openhartig over zijn testosteron-gebruik en deelt hij queernieuws.

Gendernormen

‘Wat betekent mannelijkheid voor jou?’, vraagt Tijn aan de studenten. ‘Zelfvertrouwen’, zegt iemand. ‘Privilege’, antwoordt een ander. In ieder geval niet hetzelfde als de stereotype plaatjes op de PowerPoint: gespierde mannen en auto’s. Tijn: ‘Interessant hè. Het is voor iedereen zo anders.’ De genderbread person is voor iedereen herkenbaar. ‘Ik hoef jullie vast niet meer uit te leggen dat gender en geslacht iets anders is. I’m preaching to the choir, haha.’

Zichtbaarheid

Op de volgende dia staan cijfers. 1 op de 15 mensen is LHBT’er. In elke klas zitten dus 1 á 2 queerpersonen. ‘Zichtbaarheid is belangrijk. Waarom, denken jullie?’
‘Het helpt om jezelf eerder te ontdekken, dan weet je met wie je je kunt identificeren’, antwoordt iemand. Een ander: ‘In mijn klas hielden we een voorstelrondje, maar ik twijfelde of ik mijn voornaamwoorden moest noemen. Toen de eerste ermee begon, deed iedereen het. Dat vond ik fijn.’

Op een ontspannen manier geeft Tijn tips hoe je kunt reageren op transfobie of homofobie. Als er flauwe grappen worden gemaakt bijvoorbeeld. ‘Je kunt iemand bevragen: “Kun je uitleggen waarom je dat grappig vindt?”, maar je kunt ook expres niet meelachen.’
En als iemand zegt dat ‘ie strontziek wordt van regenboogvlaggen? ‘Dan kun je zeggen: “Voor mij is het fijn, dan weet ik dat ik veilig ben.”’

De volgende slides, met statistieken over waar queermensen tegenaan lopen, slaat hij over. ‘Aangezien jullie allemaal queer zijn, is deze info best pittig. Ik wil jullie niet afschrikken. Willen jullie misschien zelf iets inbrengen?’
Het gesprek gaat al snel over sport. Hoe binair dat vaak is. Dan over paspoorten. Daarna over de verkiezingsuitslag.

Dat zo’n bijeenkomst belangrijk is, legt Tijn uit als het gaat over ‘minderheidsstress’. ‘Afwijzing van je omgeving kan pittig zijn, maar ervaringen delen en samenkomen beschermt je. Zorg voor queervrienden om je heen. Deel, huil en lach.’

Hokjes

Wat betekent LHBTQIA+?’, zegt de volgende dia. ‘Dat hoef ik jullie niet te vragen’, zegt Tijn. Er klinkt gelach. Dan wordt het weer serieus: waarom hebben we hokjes nodig? ‘Ik vind het zelf fijn, want dan kan ik het uitleggen aan anderen’, zegt iemand. ‘Hokjes hebben soms weinig nuance, maar je kunt wel beter je problemen beschrijven en ook oplossen.’

Trajectum vroeg HU-studenten een jaar geleden wat zij weten over de letters LHBTQIAP.


Hoe kun je de queercommunity ondersteunen? Tijn: ‘Ik vind het leuk om een kaartje te sturen als iemand een nieuwe naam of nieuwe voornaamwoorden heeft.’ Iemand reageert: ‘of een applaus geven!’

Hij eindigt met do’s en dont’s, zoals: kom op voor queermensen van kleur, vraag een transpersoon niet naar diens oude naam en maak geen aannames op basis van iemands uiterlijk. ‘Voelt een beetje onnodig voor jullie’, lacht hij. ‘Maar toch handig.’

De bijeenkomst eindigt met een groepsfoto. En daar zeggen we geen cheese, maar… gay!