Bekend!

Padualaan 99: Wie kent haar niet?

In onze nieuwe serie interviewen we HU-medewerkers die iedereen herkent maar niet altijd spreekt: (on)bekende gezichten. Aflevering 1: Monique van der Hoek – medewerker Front Office, Padualaan 99 en sinds een jaar werkzaam bij de HU.

Hoe ben je bij de HU terecht gekomen?

‘Ik werkte bij het Amstel Hotel en wilde een baan in Utrecht. En ik heb altijd gedacht: Als ik van baan verander wil ik iets compleet anders, zoveel mogelijk variëren, altijd. In het onderwijs had ik nog nooit gewerkt en het klikte heel erg tijdens de sollicitatie, omdat ze de functie gastvrijer wilde maken. Dat trok me aan, want het gaat er nooit om dat je alleen de regels naleeft. Je moet je afvragen: Hoe kunnen we iets oplossen, binnen de regels?’

Wat heb je nog meer gedaan?
‘Op mijn twintigste kon ik gaan studeren, maar ik wilde naar Amerika. Ik begon als au pair in Atlanta, kwam bij Lufthansa terecht en verhuisde naar New York. Ik werkte op zowat alle afdelingen en ten slotte ging ik mijn collega’s trainen om efficiënter te werken. Na een aantal jaar heb ik met mijn toenmalige partner alles verkocht en een zeilboot aangeschaft. We dachten: Als we een grote reis willen maken, moeten we niet wachten tot we oud zijn. Het gevolg is dat we vijf jaar op een boot hebben gewoond en rondgezeild aan de oostkust van Amerika en in het Caribische gebied. Aan het einde van die reis werd ik manager bij een watersportbedrijf in Aruba. Van studeren is het nooit gekomen, maar ik heb wel het leven bestudeerd.

In 2010 kwam ik terug naar Nederland. Ik had inmiddels langer Engels gesproken dan Nederlands en ik was benieuwd of ik hier nog zou kunnen aarden. Ik wilde weer dicht bij mijn moeder en mijn broertje wonen. Ze hebben allebei wel wat zorg nodig, mijn broertje is verstandelijk gehandicapt en mijn moeder is al behoorlijk oud.’

Moest je weer wennen aan Nederland?
‘Ja, behoorlijk. Niemand beschouwde me als een buitenlander terwijl ik dat in sommige opzichten wel was. Ik wist bijvoorbeeld niet wat een BSN-nummer was. De mentaliteit was ook anders. Wat je in Nederland voortdurend hoort, is: “Ik kan niet want ik heb al een afspraak”. Of je komt op een feestje en je hoort: “Was het druk op de weg?”  Dan denk ik: Wat een onbenullige vraag, ik ben er nu toch? En wat ik heel gek vind, is het voordringen! In Amerika put iemand zich uit in excuses wanneer hij je per ongeluk aanraakt, terwijl het hier heel gewoon is. Wat me ook opvalt, is dat mensen hier zo snel vragen wat je doet. Waarom? Ik vind de vraag wat je voor een ander doet eigenlijk veel interessanter. “Wat doe jij voor een ander?” ‘

Hoe vind je het op de HU?
‘Ook hier zijn mensen veel met hun carrière bezig, maar dat vind ik ook inspirerend. Net als topsporters, die geven alles op voor één ding. Fascinerend! Ik ben niet op die manier ambitieus, althans niet op zoek naar geld, studie of aanzien. Ik ben tevreden als ik van elke dag iets moois maak. In principe komen de mensen één voor één door de draaideur en kan ik met iedereen die binnenkomt oogcontact maken. En ik vind het leuk om ze aan te spreken, de sfeer is hier heel open.’

Wat moet je eigenlijk doen?
‘De receptie is open van 7 tot 22:00 uur, dus de werktijden zijn lekker afwisselend. In het begin van de ochtend ben ik druk met het wijzen van de weg, maar ‘s middags loop ik vaak een rondje door het gebouw. Ik heb dat zelf bedacht omdat graag zichtbaar ben. Als de studenten iets laten slingeren dan spreek ik ze daarop aan, in de hoop dat ze begrijpen dat er werkelijk iemand bestaat die hun rommel moet opruimen. Ik heb een keer meegemaakt dat iemand zich extreem agressief gedroeg, maar die kwam de volgende dag aanzetten met een doosje bonbons, haha.’

Vind je de HU anders dan andere organisaties?
‘Nee, juist niet, het is overal hetzelfde: je hebt altijd mensen die hoofdschuddend door de gangen lopen omdat ze er al zo lang werken, nieuwe systemen die worden geïmplementeerd maar waar geen training voor is gegeven, gedoe met communicatie enzovoort. Maar toen ik de CAO hier zag schrok ik bijna van de luxe! Zoveel vrije dagen en ‘s avonds je werktelefoon uitzetten! Soms vraag ik me af of iedereen zich dat hier wel realiseert. Ik dacht dat ik het hectische van het Amstel Hotel zou missen, maar dat is niet het geval. Eigenlijk kijk ik nooit terug. Waarom zou je ook?’

Heb je een verzoek aan je collega’s?
‘Uhm, jawel. Denk eens na over wie jouw spullen opruimt als je het zelf niet doet. Of wie de stoelen en tafels terugzet. Voer eens een campagne voor die bewustwording – geef die mensen een gezicht.’