Ruim een half miljoen mensen volgt privaat hoger onderwijs: van korte cursussen tot hele opleidingen. Het worden er steeds meer.
Sinds zeven jaar verzamelt het Centraal Bureau voor de Statistiek cijfers over de deelname aan niet-bekostigd onderwijs. Van alle mensen die wel eens een cursus of een les volgen, deed 33 procent dat destijds op hbo-niveau of hoger. Vorig jaar was dat al 41 procent.
Dat ligt niet aan het commerciële onderwijs van universiteiten. De deelname daaraan is weliswaar gegroeid met zo’n twintigduizend deelnemers, maar dat is verwaarloosbaar in vergelijking met cursussen op hbo-niveau: daar zijn de afgelopen jaren meer dan honderdduizend deelnemers bijgekomen.
Het is in de cijfers niet duidelijk wat voor cursussen het precies zijn of hoe lang ze duren. Een statistische cursus of een managementtraining hoeft geen weken in beslag te nemen. Ook betekent het niet dat alle opleidingen aan strenge kwaliteitseisen voldoen.
Het gaat om schattingen. Het CBS houdt enquêtes waarin wordt gevraagd of mensen scholing hebben gevolgd. De antwoorden worden vergeleken met de inschrijvingen in het reguliere onderwijs. Het verschil wordt toegewezen aan het niet-bekostigde onderwijs.
De Nederlandse Raad voor Training en Opleiding (voorheen Paepon) vraagt zich af of de groei inderdaad zo groot is als het CBS stelt, maar staat er eigenlijk niet van te kijken. ‘We zien dat mensen zich ook in een economische crisis blijven bijscholen. Ze kiezen misschien iets andere opleidingen, maar blijven studeren.’