Er is een doorbraak in de problematiek rondom de bachelor Medische Hulpverlening, die onder andere aan de HU wordt gegeven. Afgestudeerden vallen per 1 mei onder het zogeheten artikel 36a waardoor ze voortaan bepaalde medische handelingen mogen verrichten. De verwachting is dat de perspectieven op de arbeidsmarkt van studenten drastisch verbeteren.
Het ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft eerder deze maand tot het experiment besloten, meldt de Nederlandse Vereniging voor Bachelor Medische Hulpverleners (NVBMH). De proef zou vijf jaar duren. Daardoor wordt het aantrekkelijker om ze in dienst te nemen.
Studievertraging
Studenten van de in 2010 gestartte hbo-bacheloropleidingen Medische Hulpverlening konden de afgelopen jaren moeilijk stageplaatsen vinden en liepen veel studievertraging op. Het is een hoofdpijndossier: er lopen nog steeds rechtszaken tegen de Hogeschool Utrecht en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, waarin oud-studenten een schadevergoeding eisen. De hogescholen zeggen dat ze niets aan de studievertraging konden doen. Het probleem zou zijn dat de ‘medisch hulpverlener’ nog niet in het BIG-register staat. Sommige medische handelingen mogen ze daardoor niet zelfstandig uitvoeren, zodat de ziekenhuizen en ambulancediensten weinig aan hen zouden hebben.
Vraagtekens
De Raad van State, die het kabinet adviseert over wetswijzigingen, zette er vraagtekens bij de proef. Die vindt problemen met stages en de arbeidsmarkt geen reden om het beroep zo’n erkenning te verlenen. Het register is er om patiënten te beschermen tegen ondeskundig medisch handelen en de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen, aldus de Raad. Niet om problemen op de arbeidsmarkt op te lossen. De vraag is volgens de juristen of andere medische beroepen niet volstaan voor de zorg die de medisch hulpverleners moeten bieden. Denk aan verpleegkundigen, anesthesisten en physician assistants.
Extra stageplaatsen
En als het kabinet toch op extra stageplaatsen hoopt, weet het kabinet dan wel zeker dat de ziekenhuizen werkelijk meer stageplaatsen gaan bieden als het beroep eenmaal in het register is opgenomen? Maar de staatssecretaris van Volksgezondheid, Martin van Rijn, wil het beroep toch erkennen. De medisch hulpverlener heeft andere kennis en vaardigheden dan afgestudeerden van andere medische beroepen, meent hij. Verpleegkundigen zouden zich nog twee of drie jaar moeten specialiseren voor ze hetzelfde kunnen als die medische hulpverleners.
Arbeidsmarkt
Het doel van het experiment is dan ook niet om problemen op de arbeidsmarkt weg te nemen – al is dat mooi meegenomen – maar om te kijken of de zorg in acute, spoedeisende situaties er beter van wordt. Dus komt de voorlopige BIG-registratie er toch, als het aan het kabinet ligt. De twee opleidingen trekken dit studiejaar 39 nieuwe studenten, tegen 149 in 2011. Er staan nog bijna driehonderd studenten ingeschreven. De Hogeschool Rotterdam heeft een vergelijkbare opleiding, maar met een ander profiel, waar de problemen niet spelen.