Een rechtenstudent van de UvA wilde eerst een masteropleiding bestuursrecht volgen en daarna een masteropleiding strafrecht. Maar dat kon niet: het blijkt dezelfde opleiding te zijn.
De student volgde alvast wat vakken van de masteropleiding strafrecht terwijl hij afstudeerde bij staats- en bestuursrecht. Hij dacht zijn tweede master tegen het lage collegegeldtarief te kunnen afmaken.
Maar hij maakte een vergissing. De twee masterprogramma’s blijken afstudeerrichtingen van één en dezelfde masteropleiding publiekrecht. Hij volgde dus maar één studie en was helemaal geen dubbelstudent.
De student stapte naar de rechter (pdf). Het lag aan de universiteit, voerde hij aan. Die was bijvoorbeeld onduidelijk geweest over de definitie van ‘tweede masteropleiding’ en had hem verkeerd voorgelicht.
Hetzelfde registratienummer
Inderdaad staat op de website van de juridische faculteit een lijst met twintig masterprogramma’s, alsof het twintig zelfstandige masteropleidingen betreft. Maar een programma is niet hetzelfde als een zelfstandige opleiding. Publiek recht blijkt vier afstudeerrichtingen te hebben, allemaal met hetzelfde registratienummer. Als de student die tweede afstudeerrichting zou voltooien, krijgt hij niet eens een nieuw diploma: hij heeft immers al een geldig diploma van diezelfde opleiding.
Niets aan te doen, oordeelt de rechter. Het klopt dat dubbelstudenten hun tweede studie tegen het lage collegegeldtarief mogen afmaken, wanneer ze de eerste afronden. Maar van een dubbelstudie is hier helemaal geen sprake, dus moet de student voor het onderwijs van de tweede afstudeerrichting gewoon het hoge collegegeldtarief betalen.
Daar heb ik geen geld voor en mijn vergissing is begrijpelijk, wierp de student tegen. Daarom zou hij in aanmerking moeten komen voor de ‘hardheidsclausule’. Maar daar ging de rechter niet in mee.