In 1990 is in ons land de Tabakswet ingevoerd, die eind 2002 aangepast wordt door een algeheel verbod op tabaksreclame en sponsoring en op 1 januari 2033 uitgebreid wordt met een reclameverbod voor kranten en tijdschriften. Televisie icoon Johan Derksen rookt zijn sigaartje nu alleen nog maar tijdens de reclameblokken en buiten de uitzending; leden van ons Oranjehuis roken buiten het zicht van de camera.
In de Amerikaanse TV-serie Mad Men, die gaat over het wel en wee van een reclamebureau, wordt ontzettend gepaft. Dat is dus in de jaren zestig. Veel beroemdheden worden dan ingeschakeld voor reclames. Ook in Frankrijk zien we kettingrokende iconen, van Jean-Paul Sartre tot Alain Delon. Daar gaat men in 1991 zo ver om afbeeldingen met rookwaar te verbieden. Bij een bekende foto voor een postzegel van de voormalig schrijver en minister van cultuur, André Malraux, waarop hij zichtbaar is met een sigaret hangend aan z’n lip, wordt die weggeretoucheerd (die sigaret bedoel ik).
Afgelopen week is in Frankrijk een wetsvoorstel ingediend dat natuurlijk rekening gehouden moet worden met gezondheid, maar dat geen geweld gedaan mag worden aan kunst en dat de geschiedenis niet vervalst mag worden. Dus de slungelige monsieur Tati moet weer afgebeeld kunnen worden met zijn onafscheidelijke pijp.