“Oh wat een zonde,” zei mijn moeder dikwijls als de later beroemde schilder Melle Oldeboerrigter ter sprake kwam. Mijn vader en moeder hadden voor hun trouwen een pentekening van Melle gehad. Het was de Bloemenmarkt aan het Singel. Eigenlijk vond m’n moeder het niet zo’n geweldige tekening, want er zat zo weinig kleur in. Toch kwam de tekening in een lijstje te hangen op hun eerste adres vlak voor de oorlog, en verhuisde in de oorlog mee naar een andere woning in Amsterdam-oost, waar brand uitbrak. Het hele meubilair, alles ging de straat op. De verleiding voor omwonenden om wat achterover te drukken was groot. Maar alles kwam keurig netjes terug, inclusief de tekening.
In de jaren zestig kreeg Melle steeds meer bekendheid. Vanaf 1953 gaf hij les aan de Rietveld-academie in Amsterdam (hij had trouwens geen master). In die tijd zag ik als tiener een schilderij van hem in het Stedelijk met allerlei geslachtsdelen. Dat kwam thuis ter sprake en ik hoorde dat hij de buurman van mijn oma en opa is geweest en de beste vriend van mijn vader. Volgens mijn vader kon hij geweldig goed tekenen en had hij een fotografisch geheugen. Daarmee eerder doelend op het kunnen natekenen van de Bloemenmarkt dan van geslachtsdelen.