Nieuws

Tweede Kamer buigt zich over bekostiging

Het nieuwe bekostigingsmodel
voor het hoger onderwijs is naar de Tweede Kamer. Al twee jaar geleden had
minister Plasterk het aangekondigd en de onderhandelingen lopen
nog.

De nieuwe bekostiging is complexe materie. De
universiteiten en het ministerie steggelen nog over de laatste technische
details, hoewel de gesprekken volgens OCW bijna zijn afgerond. De hogescholen
hebben hun goedkeuring al gegeven.

Vanaf 2011 krijgen universiteiten en hogescholen geld op
grond van het aantal ingeschreven studenten binnen de toegestane studieduur
(zestig procent), het aantal uitgereikte diploma’s (twintig procent) en een
vaste toelage (eveneens twintig procent). Dat had Plasterk twee jaar geleden al
aangekondigd.

Het heeft met name voor het hbo gevolgen, want daar is de
diplomabonus momenteel bijna drie keer zo hoog. De druk komt straks dus minder
op het diploma te liggen. Maar de instellingen krijgen helemaal geen geld meer
voor studenten die langer staan ingeschreven dan de nominale studieduur: vier
jaar voor hbo-studenten, drie jaar voor universitaire bachelorstudenten en één
of twee jaar voor masterstudenten. Pas als de vertraagde studenten alsnog hun
diploma halen, brengen ze weer geld op.

Aan de universiteiten is de verandering ook groot. De
helft van hun bekostiging bestaat momenteel uit de bonus voor het aantal
diploma’s. Verder bekostigt OCW naar rato van het aantal eerstejaars (dertien
procent) en is er een vaste bijdrage (37 procent). Voor enkele dure
fixusstudies, als geneeskunde, levert OCW een aparte bijdrage en dat blijft
zo.

Overigens moeten die ingeschreven studenten recht hebben
op bekostiging: dit betekent dat ze nog geen andere opleiding in het hoger
onderwijs afgerond mogen hebben. Alleen in de gezondheidszorg en de
lerarenopleidingen, waar tekorten dreigen, kunnen studenten bekostigd een tweede
opleiding volgen.

Plasterk heeft lang nagedacht over prestatiebekostiging
in het hoger onderwijs: de beste instellingen zouden meer geld moeten krijgen
dan de rest. Maar uiteindelijk was het volgens hem niet goed mogelijk om de
kwaliteit te vergelijken. Bovendien zou zo’n vergelijking tot verkeerde prikkels
kunnen leiden.

Over twee jaar kijken ministerie, universiteiten en
hogescholen of de nieuwe bekostiging naar behoren werkt.