Op de Dag van de Duurzaamheid, dinsdag 3 oktober, geeft lector Reint Jan Renes een lezing over gedragsverandering. Vooraf geeft hij een interview over wat hij precies gaat vertellen. ‘Ik deel graag alles wat ik erover weet.’
Een paar dagen voor zijn lezing is Reint Jan ook druk met iets anders: de komende verkiezingen. Met collega’s over het hele land probeert hij een manier te vinden om Nederland zover te krijgen te stemmen met de natuur als prioriteit. Posters met slogans als: ‘De jeugd van morgen verdient de natuur van gisteren’? Rankings met welke partij de beste plannen heeft voor de natuur? Waarschijnlijk allebei.
Waar ga je dinsdag op de HU over praten?
‘De klimaatspagaat. We willen allemaal verduurzamen, maar ook prettig blijven leven. Mijn boodschap is dat leidinggevenden hierin het voortouw moeten nemen.
Het klimaatvraagstuk is misschien wel het meest giftige gedragsvraagstuk dat we ooit hebben gehad. En dat heeft drie oorzaken. Ten eerste is het abstract, want de gevolgen ervan zijn ver van ons bed: we zien overstromingen, maar we staan niet met onze voeten in het water. Bovendien zijn positieve effecten van wat we nu voor het klimaat doen pas ver in de toekomst zichtbaar. Ten tweede krijgen we het alleen samen voor elkaar, als je als enige je afval scheidt lost dat niets op.
Wat ten derde gedragsverandering moeilijk maakt, is dat we het op wilskracht moeten doen. De auto laten staan, vegetarisch gaan eten, geen nieuwe winterjas kopen: het kost veel om onze geliefde gewoonten te doorbreken. Ook omdat onze omgeving de niet-duurzame keuze nog steeds het gemakkelijkst maakt.’
Maar dit weten we toch al? Ik dacht dat je met allerlei psychologische verklaringen zou komen.
‘Dat had gekund, maar ik vind het nuttiger dat we de kern van dit vraagstuk op deze geordende manier onder ogen zien. En de complexiteit ervan omarmen. Dat heeft namelijk consequenties. Weet je: het is 10 procent van de bevolking die zorgt voor een uitstoot van 70 procent. Wat gaat die doen? Als wij hun meekrijgen, kantelt de rest ook.’
Hoe wil je dat bereiken?
‘Ik wil dat de beleidsmakers en bestuurders radicaal durven te kiezen voor het behoud van de aarde. Zij hebben de verantwoordelijkheid om duurzaam vanzelfsprekend te maken, en dat gaat verder dan een havercappuccino in de automaat.’
Hoe ver moeten ze daarin gaan?
‘Alle studenten zouden verplicht een semester in hun opleiding moeten krijgen met kennis over het klimaatvraagstuk en hoe ze het beste omgaan met het milieu. In Nijmegen hebben ze dat al, maar dat moet in het hele land. Verder zou zo’n instelling als de HU alles onder de loep moeten nemen: de woon-werkregeling, de bank waar het geld staat, de manier waarop medewerkers naar congressen reizen, de biodiversiteit op de campus en de energiehuishouding in de gebouwen.’
Veel daarvan doet de HU al.
‘Dat is iets om trots op te zijn. Je hoeft niet alleen te wijzen naar alles wat niet lukt. Maar is de hele Uithof inmiddels plant based?’
Als je dat eist van Broodje Ben en de Kebabkerel, wordt het een stuk minder gezellig op de campus.
‘Dat hoor ik te vaak als argument. Verandering mag schuren. Bestuurders zijn te bevreesd voor “ongezellig” en willen dat iedereen alles met een glimlach omarmt.’
Ik vrees dat het risico op een soort burgeroorlog in Nederland best bestaat, tussen de veganisten en de mensen die vinden dat we veel te snel gaan.’
‘Dat ben ik absoluut met je eens, dan hebben we het over de zogenaamde sociale context waar je rekening mee moet houden: hoe blijf je met elkaar in verbinding. Aan de andere kant: vroeger kon je roken in het klaslokaal. Nu mag het niet eens meer op de campus en vinden we dat helemaal normaal. Radicale verandering bestaat wel.’
Maar dat rookbeleid is toch juist mislukt? Het percentage dagelijkse rokers is sinds 2015 stabiel gebleven, ondanks de rookvrije campus.
‘In de jaren zeventig rookte 70 tot 80 procent van de bevolking en nu nog maar 20. Natuurlijk roken jongeren, ze drinken ook waanzinnig veel. En die vape-fabrikanten proberen hard hun marktaandeel te behouden. Maar je ziet nu dat mensen vaak rond hun dertigste stoppen. Roken is niet meer de norm, het is afwijkend als je rookt.’
En toch, al die maatregelen die je noemde lijken voor de HU relatief gemakkelijk. De onderwijsinstellingen krijgen door de overheid betaald. Hoe moeten vrachtwagenbedrijven op hun groene tuintjes letten, als hun marges al zo klein zijn?
‘De overheid moet zorgen voor een gelijk speelveld, zodat bedrijven die investeren in duurzaamheid zichzelf niet uit de markt prijzen. Steun degenen die willen vergroenen. En laat vooral de rijksten – die de lasten kunnen dragen -als eerste beginnen.’
Wat kunnen studenten doen die zich alleen voelen staan?
‘Zij moeten zich niet vergissen in hoe sterk hun voorbeeld is. Dat noem je de ecologische handafdruk: laat anderen zien wat jouw duurzame keuzes zijn, zelfs al weet je dat ze niet meteen achter je aan hollen. Er zijn mooie studies die laten zien dat als een minderheid van 25 procent zich anders gaat gedragen, ze de rest meekrijgt. The social tipping point noem je dat omslagpunt in de psychologie. Daarom ben ik ook voorstander van klimaatactivisme zoals Extinction Rebellion.’
Ben je niet bang dat juist de groep klimaatontkenners de rest mee gaat sleuren?
‘Dat zij steeds meer van zich laten horen, is juist een goed teken. Er is een verandering gaande en blijkbaar is de onverschilligheid uit het verleden verdwenen. Uit recent onderzoek van CBS blijkt dat zo’n 75 procent van de mensen zich zorgen maakt over het klimaat. Slechts 6 procent ontkent het probleem.’
Klimaatpsychologie is een relatief nieuwe wetenschap. Is Nederland koploper?
‘Ik denk van wel. Onze collega’s uit België kijken vaak naar hoe wij het doen. We zitten elke maand bij het ministerie om te kijken hoe we invloed kunnen uitoefenen. Voor het verbieden van reclames voor vliegen en fast fashion bijvoorbeeld.’
Wat wil je nog meer verbieden? Noem eens iets geks?
‘Jij noemt het gek, maar eigenlijk zijn al die reclames juist gek. We maken ons zorgen over de opwarming van de aarde en gaan ondertussen door met reclames voor een eigen auto, voor vlees en verre reizen.’
Ga je dan ook reclames voor kinderspeelgoed verbieden?
‘Misschien wel ja. We onderschatten de rol van spullen kopen. Kleding en meubels zijn enorm belastend. Mensen die er verstand van hebben, mogen van mij een lijst maken van de tien meest vervuilende spullen. Het lijkt me zinnig de reclames daarvoor te verbieden.’
En dan toch die ene student aan de HU een bitterballetje bij zijn diploma-uitreiking ontzeggen?
‘Ja natuurlijk! Kom op zeg, zo’n instituut vol hoog opgeleiden, juist daar moet je beginnen. In het anker van de samenleving.’
Wat is het grootste misverstand in jouw vakgebied?
‘Dat je ongelukkig zou worden als je dingen opgeeft voor het milieu. Dat roepen sommige politici ook steeds: “Ze pakken alles van ons af”. Studies wijzen uit dat het tegendeel waar is: mensen die dingen opgeven voor het milieu blijken gelukkiger.’
Meer over Reint Jan Renes |
---|
Gedragswetenschapper Reint Jan Renes is lector Psychologie voor een Duurzame Stad aan de Hogeschool van Amsterdam. Van 2011 tot 2019 was hij lector Crossmediale Communicatie in het Publieke Domein aan Hogeschool Utrecht. Hij schreef in die tijd ook een aantal jaren columns voor Trajectum. In 2018 zette het vakblad Communicatie Reint Jan op de derde plaats in de top 25 van meest inspirerende communicatieprofessionals in Nederland. |