Als het aan de VVD ligt, staan er in de bovenbouw van het vwo straks alleen nog academici voor de klas. Docenten met een hbo-masterdiploma mogen dan hooguit nog lesgeven in 4 en 5 havo.
Volgens Kamerlid Pieter Duisenberg kunnen universitair opgeleide docenten vwo-leerlingen beter voorbereiden op een vervolgstudie dan leraren die zelf nooit aan een universiteit hebben rondgelopen.
Eerstegraadsdocenten met een hbo-diploma moeten wat hem betreft ruimschoots de gelegenheid krijgen om alsnog een academische titel te behalen. ‘Lukt hun dat voor 2020 niet, dan is de bovenbouw van de havo het hoogste niveau. Net als tweedegraadsdocenten kunnen ze natuurlijk ook lesgeven in de onderbouw van vwo en havo, en in het vmbo.’
Coalitiepartner PvdA vindt het VVD-plan sympathiek, meldt de NOS, en is het er mee eens dat er meer concrete doelen moeten komen om het onderwijspeil te verbeteren. Wel vindt PvdA-Kamerlid Mohandis het te ver gaan om goed functionerende docenten zonder universitaire opleiding te verbieden om les te geven in de hoogste vwo-klassen.
In maart maakte het kabinet bekend dat het aantal leraren met een universitaire opleiding in 2017 verdubbeld moet zijn. Het heeft daar 57 miljoen euro voor uitgetrokken. Toen al reageerde de Vereniging Hogescholen geschrokken. ‘Het moet niet zo zijn dat er straks twee soorten eerstegraadsdocenten ontstaan. Een eerstegraads diploma van een docent met een hbo-opleiding moet altijd gelijkwaardig blijven aan het diploma van een eerstegraadsleraar met een academische achtergrond.’
In een pamflet dat vier hogescholen aan minister Bussemaker stuurden stelden ze dat eerstegraders uit het hbo ‘op eigen wijze academisch gevormd worden, met een stevige kennisbasis en een sterke toespitsing op de onderwijskundige praktijk en de pedagogische opdracht.’ In het hbo studeren jaarlijks ruim drieduizend eerstegraadsleraren af.