Hoeveel geld krijgt een student gemiddeld per maand binnen met baantjes, lening en bijdragen van zijn ouders? Trajectum duikt in de cijfers.
Veel studenten maken zich zorgen om hun financiën en gaan de straat op om te protesteren. Aan de andere kant eten studenten steeds vaker buiten de deur en heeft een groot deel volgens onderzoek flink wat spaargeld. Wat is de financiële situatie van studenten?
In de komende weken publiceren we drie artikelen over de inkomsten en uitgaven van studenten. Dit is aflevering 1: waar halen studenten hun geld vandaan?
Het onderzoek
Het Nibud (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) onderzocht de geldzaken van mbo-, hbo- en wo-studenten. In dit artikel richten we ons op de gegevens van hbo- en wo-studenten. 1.623 hbo- en wo-studenten namen deel aan het onderzoek, dat in mei 2024 is uitgevoerd.
Meer dan duizend euro per maand
Studenten hebben gemiddeld 1.348 euro per maand te besteden, blijkt uit het onderzoek van Nibud. Er zit een groot verschil in de inkomsten van thuiswonenden (1.063 euro) en uitwonenden (1.709 euro).
Inkomsten studenten door TrajectumDat geld van studenten komt vooral uit hun baantje of stage (560 per maand) en studiefinanciering (550 euro per maand).
Gemiddelde inkomsten hbo- en wo-student door TrajectumDeze inkomsten opgeteld zijn meer dan het gemiddelde van 1.348 per maand, dat komt omdat niet elke inkomstenbron voor elke student geldt.
Bijbaantjes
De grootste inkomstenbron is dus een baan of stage. 92 procent van de hbo-studenten heeft een baan of verdient geld met zijn stage, blijkt uit onderzoek van Nibud. Hoewel wo-studenten veel minder uren naar school gaan, is dit bij hun maar 82 procent. Eén van de redenen hiervoor is dat zij minder vaak stage lopen dus geen stagevergoeding krijgen. Gemiddeld werken studenten 13 uur per week. Ze verdienen daarmee 560 euro per maand.
Meerdere baantjes
Heb jij één of meerdere baantjes? We vroegen het aan 130 studenten op Instagram. Bijna de helft heeft één baantje. 13 procent heeft er geen en de rest heeft er twee of meer.
Hoeveel bijbanen hebben HU-studenten? door TrajectumWaarom twee baantjes?
‘Om te sparen’
Thijs is derdejaarsstudent Journalistiek en heeft twee baantjes. Hij heeft een nulurencontract als schoonmaker bij een zorginstelling en werkt vijf uur per week als freelancer bij Soccernews. ‘Als freelancer schrijf ik artikelen van geluidsopnamen van interviews met profvoetballers.’ Het levert hem 16,50 euro per uur op. ‘Ik doe het omdat het goed is op mijn cv. Later wil ik ook in de voetbaljournalistiek werken.’
Het werk bij de zorginstelling doet hij omdat het handig is, ‘ik kan de uren zelf invullen dus werk veel in de vakanties. Of als ik een dagje vrij ben. En omdat het een nulurencontract is, krijg ik elke maand 120 euro, ook als ik niet werk.’ Per uur verdient hij 14 euro. Daarnaast doet hij nog vrijwilligerswerk bij RTV Purmerend.
Maandelijks komt er zo’n 250 euro binnen aan geld van bijbaantjes. Hij heeft het geld niet hard nodig en woont nog thuis. ‘Ik ben niet zo’n type dat veel geld uitgeeft, dus kan nu vooral sparen. Voor de toekomst. Een huis, en zo.’
‘Om leuke dingen te doen’
Evanne is tweedejaarsstudent op de Pabo en heeft ook twee bijbaantjes. Ze is winkelmedewerker bij de Bruna en doet dat 7,5 uur per week. Het verdient 9 euro per uur (in totaal zo’n 300 euro per maand). Ook geeft ze twee uur per week turnles aan twee groepen kinderen. Daar krijgt ze 71 euro voor, een vrijwilligersvergoeding.
‘Ik kom prima rond. Mijn ouders geven me 200 euro per maand, dat ik gebruik voor boodschappen en huur. Mijn huur is 430 euro, ik woon op kamers in Zeist dus dat is goedkoper dan in Utrecht. Ik werk omdat ik leuke dingen wil doen met vrienden, kleding kopen, cocktails drinken en op vakantie gaan.’ Bezig met sparen voor later is ze nog niet. ‘Dat komt nog wel, als ik wat ouder ben.’
Studiefinanciering
Studiefinanciering is de op een na grootste inkomstenbron. Thuiswonende studenten ontvangen 121,33 euro per maand, uitwonenden 302,39 euro. Ruim één op de vijf leent daarnaast nog extra bij DUO, gemiddeld zo’n 553 euro per maand. Dat zijn er een stuk minder dan tijdens het leenstelsel: toen was het nog bijna de helft.
Hoeveel studenten lenen geld bij DUO? door TrajectumHet verschil tussen thuiswonende en uitwonende studenten is groot. 9 procent van de thuiswonenden leent geld bij, tegenover 39 procent van de uitwonenden.
Studieschuld
De gemiddelde studieschuld is 17 duizend euro, blijkt uit cijfers van het CBS. In de leeftijdsgroep tussen 25 en 30 jaar is die het hoogst: 23 duizend euro.
Maaike (41) betaalde haar studieschuld van 51K giga snel terug.
In een interview aan Trajectum vertelde Maaike over het gevoel dat een studieschuld haar gaf. ‘Op mijn 25e was ik niet bezig met mijn studieschuld. Ik was jong en iedereen had een studieschuld. De jaren daarop begon het steeds meer aan mij te knagen. Ik verdiende te veel voor sociale huur, maar te weinig voor een koophuis. Hoe ouder je wordt, hoe belangrijker je het vaak gaat vinden om iets op te bouwen. Een huis kopen en in mijn geval ook een traject bij een fertiliteitskliniek. Een studieschuld zit dan in de weg.
Bovendien weet je niet wat de toekomst brengt. Wanneer je later niet veel verdient, geen vast inkomen hebt of arbeidsongeschikt raakt, is het afbetalen van een studieschuld een grote last, zeker als je er 35 jaar aan vastzit.’
Geld van ouders
Een zak geld van pa en ma? Iets meer dan de helft (58 procent) van de studenten krijgt geld van zijn ouders. Gemiddeld 240 euro per maand. Opvallend is het verschil tussen hbo- en wo-studenten.
51 procent van de hbo-studenten krijgt geld van zijn ouders (gemiddeld 184 euro), terwijl 66 procent van de wo-studenten geld van zijn ouders krijgt (gemiddeld 290 euro).
Overige inkomsten
Studenten die meededen aan het onderzoek ontvingen gemiddeld 232 euro per maand aan ‘overige inkomsten’. Dat is vooral zorgtoeslag, en in sommige gevallen bijvoorbeeld huurtoeslag.
Trajectum vroeg studenten: Hoeveel heb je op jouw bankrekening staan?
Van bijbaantjes tot DUO: studenten sprokkelen maandelijks een redelijk bedrag bij elkaar. Maar hoeveel zijn ze gemiddeld kwijt aan huur, eten en leuke dingen? En blijft er nog wat over? Dat lees je volgende week. En hebben ze nou méér of minder te besteden dan hun ouders en grootouders? Dat lees je de week daarop.