Voor beginnende studenten zijn de eerste maanden van de studie overweldigend. Dat leidt vaak tot uitval. Het Instituut voor Recht introduceerde daarom het peercoachproject. Daarin begeleiden ouderejaars eerstejaars studenten in de eerste helft van hun studie. Van de 550 eerstejaars meldden 194 zich aan voor deze extra hulp. ‘Wat heb ík dit zelf gemist’, zegt de initiator van het project.
Een vrijdagochtend vlak voor de toetsweek van periode B. Celeste, tweedejaars HBO-Rechtenstudent en peercoach, opent de online vergadering. Het is de vijfde bijeenkomst. Dat er maar drie studenten zijn, vindt ze niet erg: zij is er voor de studenten die echt willen.
Ze opent met goederenrecht: ‘Wat is een vorm van verkrijging onder algemene titel?’ Rustig laat ze zien hoe de studenten de wettenbundel erbij kunnen gebruiken. Celeste: ‘Ik ben geen expert, het is niet de bedoeling dat ik de uitleg van de docent overneem. Ik bespreek met quizvragen de belangrijkste onderdelen van de stof. Wat ik vooral inbreng, is mijn eigen ervaring.’
Zo drukt ze de studenten op het hart om van de belangrijkste wetsartikelen de nummers uit het hoofd te leren: ‘Dan kun je ze tijdens de toets snel in je wettenbundel vinden.’De studenten stellen aardig wat vragen. Het is makkelijker om die aan Celeste te stellen dan aan een docent, vertellen ze. Fleur: ‘Celeste praat in makkelijkere woorden dan docenten. Ik begrijp haar beter.’
Horen dat de struggle erbij hoort
‘Met het peercoachproject bieden we eerstejaars studenten een warm bad in plaats van een ijskoude douche’, vertelt Amin Asad, docent bij SJD (Sociaal Juridische Dienstverlening). Hij vormt samen met HBO-Rechtendocent Annelies Verhoeven de drijvende kracht erachter.
Zij begonnen het project in 2021, geïnspireerd door het HU-initiatief om studenten voorlichting te laten verzorgen op Utrechtse mbo’s om uitval ‘voor de poort’ te voorkomen. In eerste instantie richtten zij de peercoachbegeleiding dan ook op instromers vanuit het mbo. Sinds dit studiejaar is het er voor alle eerstejaars van rechten en SJD.
Verhoeven: ‘Het management van ons instituut heeft het peercoachproject geadopteerd. Een zachte landing is natuurlijk voor iedereen van belang.’
Asad: ‘Het helpt als studenten een rolmodel hebben. Succes zien van studenten die ooit zelf eerstejaars waren. Van hen horen dat de struggle er in het begin bij hoort. Vooral taal, erg belangrijk in juridische opleidingen, levert veel stress op.’
Geen extra druk
Vanaf september zijn 26 ouderejaars actief als peercoach. Ze krijgen een contract en worden betaald, want er wordt wel wat van hen verwacht. De vergoeding bedraagt 14 euro per uur. Na een verplichte introductiebijeenkomst bezochten ze alle eerstejaars leerteams om studenten uit te nodigen om mee te doen. Daarna gingen ze in duo’s van start met de begeleiding van hun groepje. Zij organiseerden twee à drie bijeenkomsten per periode, op school of online, altijd afhankelijk van de behoefte van de deelnemers. Sommige peercoaches verzorgden ook tentamentrainingen in periode B en een aantal geeft in periode C nog individuele begeleiding aan studenten die vastlopen op taal.
Asad en Verhoeven zorgen voor de praktische en mentale begeleiding, bijgestaan door collega Frank van den Horst. Hij kijkt mee bij de bijeenkomsten en ‘coacht de coach’. Het aantal uren dat de peercoach maakt is afhankelijk van het enthousiasme van het groepje.
De voorlichting in de eerstejaars leerteams Rechten en SJD leverde 194 aanmeldingen op, waarvan zo’n 70 studenten zich daadwerkelijk aansloten bij een groepje. Van meet af aan werd verteld dat deelname vrijblijvend is. Asad: ‘Het gaat om de behoefte van de student, niet om extra druk of verplichtingen.’ Dat leidde er wel toe dat in sommige groepjes de studenten niet kwamen. ‘Lastig’, vindt Verhoeven dat, ‘niet in de laatste plaats voor de peercoaches zelf.’
Hoe bereik je studenten die moeite hebben, maar te weinig assertief of georganiseerd om zich aan te melden voor peercoachhulp? Verhoeven: ‘De studieloopbaanbegeleiders hebben hierin een belangrijke rol, zij hebben in hun eigen leerteams een signaalfunctie. Daar hebben Amin en Annelies hard aan getrokken, en de opbrengst verschilt erg per slb’er. Ook zij moeten het project nog goed leren kennen.’
Ze hadden al verwacht dat de behoefte aan begeleiding zou toenemen als studenten hun eerste onvoldoendes hadden gehad. En dat bleek te kloppen, zo bleek uit de grote belangstelling voor de tentamentrainingen: die kenden alles bij elkaar zo’n honderd deelnemers. Zelf zijn zij daar altijd bij aanwezig voor inhoudelijke vragen.
Verhoeven: ‘Peercoaches zijn geen docenten. Als het inhoudelijk spannend wordt, moet er een docent bij.’
Heeft het de uitval terug gedrongen?
Voor de meeste peercoaches zit hun baantje er na de eerste helft van het studiejaar op. Heeft het gezorgd voor minder uitval binnen het Instituut voor Recht? Die vraag kunnen Asad en Verhoeven nog niet beantwoorden. En wat bepaalt eigenlijk het succes? Asad: ‘Het succes is dát het er is. Want wat heb ík dit zelf gemist, zeg.’ Verhoeven: ‘We zien ook dat het de peercoaches zelf veel oplevert. Zij leren uitleggen, volhouden en met een groep omgaan. Dat noem ik ook succes.’
De bijeenkomst van peercoach Celeste loopt na anderhalf uur op z’n eind. Ze hebben na goederenrecht nog een taalvak doorgenomen en breken nu met elkaar het hoofd over het woord ‘appellabel’. Celeste: ‘Als zo’n moeilijk woord in de vraag zit, moet je wel weten wat het betekent.’ Al pratende komen ze eruit. Celeste: ‘Vatbaar voor hoger beroep. Onthouden hoor!’
Fleur (eerstejaars rechten)
‘Ik vind goederenrecht best abstract. Celeste legt uit hoe je zo’n vak het beste kan leren, bijvoorbeeld stampen van de artikelnummers. Het is fijn dat we hier stof herhalen. Het zou nog fijner zijn als Celeste echt bijles mocht geven, met meer uitleg. Juist omdat zij in gewone-mensentaal spreekt. Deze bijeenkomsten houden me gemotiveerd. Door omstandigheden heb ik lessen gemist. Als bij aanvang van het peercoachproject was gezegd dat je altijd moest komen, dan had ik vast gedacht: laat maar zitten.’
Peercoaches Noraly (vierdejaars SJD) en Femke (vierdejaars rechten)
Femke: ‘Het groepje dat Noraly en ik begeleidden, is maar één keer bij elkaar gekomen. Jammer. Ik was zelf best onzeker aan het begin van de studie en vind het fijn om eerstejaars te helpen. Iedereen loopt tegen dezelfde dingen aan, zoals plannen en de hoeveelheid.’ Noraly: ‘Dat onze eerste bijeenkomst online was, heeft ook niet geholpen. Het is moeilijk om dan echt contact te krijgen.’
Femke: ‘Voor de tentamentraining taalvaardigheid was veel belangstelling. Wel spannend, om vooraan in zo’n collegezaal te staan. De studenten deden actief mee en zeiden dat ze er veel aan hadden gehad. Ikzelf ook, ik was wat spellingsregels vergeten.’
Noraly: ‘Bij de tentamentraining “inleiding recht” heb ik vooral besproken hoe studenten kunnen plannen. Dat gaat vak mis en hierbij kan ik echt wat betekenen. Ik vertel dat je per week een overzicht van alle taken kunt maken en dan bijhoudt hoe lang je over alles doet. Dan kun je de weken erna veel beter inplannen. Daarvoor heb ik ook een schema voor ze. Ik vond het leerzaam om voor een groep te staan: jezelf houding geven, aandacht vasthouden. Ik vond het zelfs zo leuk dat ik er nu over denk om later les te gaan geven. Wat ik grappig vond: studenten spreken je meteen aan met “mevrouw” en “u”.
Meer weten over peercoaching? Neem contact op met Annelies Verhoeven of Amin Asad.
* ‘De eerste honderd dagen in het hoger onderwijs. Een overzichtsstudie.’ (2022) van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek laat zien dat peercoaching effectief is bij het tegengaan van uitval in het hoger onderwijs, net als interventies die gericht zijn op het verbeteren van studievaardigheden.