Columns

Wat is een ‘Anne-fleur’?

Jester van Schuylenburch - Foto: Kees Rutten

Jester (25) studeert Journalistiek aan de HU (en zit nu een half jaar in het buitenland). Hij schrijft columns voor Trajectum.

In Nederland sta je niet vaak lang stil bij de term ‘Anne-Fleur’. Nou ja,  misschien bij de naam wel. Maar nooit echt bij wat een ‘Anne-Fleur’ een ‘Anne-Fleur’ maakt (in ieder geval niet ik.)

Tot ik op een zonnige dinsdag deze Amerikaanse jongen Hayden ontmoeten. Hij heeft een brede interesse in Nederland en verbaasde me door me te vragen: ‘Hallo hoe gaat het met jou?’  Wat op zichzelf natuurlijk niet een hele gekke vraag is. Maar wél in een Republikeinse staat als Tennessee, waar ik al vaak genoeg moet uitleggen dat Nederland en Denemarken twee verschillende landen zijn, en Nederland niet in Scandinavië ligt.

Hij vroeg mij daarna (gewoon weer in het Engels) wat mijn mening is over Anne-Fleur, waar ik natuurlijk op antwoordde: ‘Huh, wie?’ En me daarna afvroeg: hoe kent deze Amerikaanse jongen het nummer Anne-Fleur vakantie? Maar met deze vraag bedoelde hij de term ‘Anne-Fleur.’

Ik zal eerlijk vertellen dat ik me nooit had afgevraagd wat een ‘Anne-Fleur’ nou echt precies is. Dus vroeg ik hem wat hij dacht dat de term betekende? Waarop hij me in geuren en kleuren vertelde dat hij in coronatijd dus online een paar Nederlanders had ontmoet die volgens hem ‘Anne-Fleurs’ waren. Zijn omschrijving van een ‘Anne-Fleur’ was: iemand die altijd goed gekleed is, van feestjes houdt, rijke ouders heeft, wijn op het terras of op een boot drinkt, mooie sierraden draagt en de ambities heeft om tandarts te worden, of iets in die richting. Oh, en een scooter of Fiat 500 rijdt.

Mijn lezer, ik zal eerlijk zeggen: ik stond met mijn bek vol tanden. Ik had geen idee of dit waar was of niet (nog steeds heb ik geen idee, eerlijk gezegd.) Ik heb gegoogeld, Insta’s bekeken, Tiktoks gezocht, maar de enige conclusie die uit de persona ‘Anne-Fleur’ kan opmaken is dat ik hoop dat ik in mijn volgende leven reïncarneer als een ‘Anne-Fleur’. Want ik wil ook wel wijn drinken op een boot.