Vorig jaar studeerde ze af aan de HU en nam ze deel aan de Olympische Spelen in Tokio. Simone van de Kraats (21) woont inmiddels in Barcelona en is vanuit daar topsportbegeleider op de HU. ‘Goede communicatie met docenten is het belangrijkste.’
Vier jaar lang studeren en tegelijkertijd trainen en wedstrijden spelen: ‘Het ging best voorspoedig’, zegt Simone. ‘Docenten van de Finance-afdeling van de HU hielpen bijvoorbeeld met het regelen van het inhalen van tentamens.’ Ze was vaak niet aanwezig tijdens lessen, maar kreeg aantekeningen van iemand uit haar projectgroep. ‘Die bestudeerde ik in mijn eigen tijd. In combinatie met de theorie kon ik dan toch de toetsen maken.’ Aan motivatie geen gebrek: ‘Je moet je er gewoon toe zetten. Dan is het niet lastig.’
Olympische Spelen
Op haar zesde begon de Barnevelder met waterpolo. ‘Bij deze sport is het nodig om goed samen te werken. Dat vind ik er zo leuk aan, samen bereik je een doel.’ Ook is de sport multidisciplinair, vertelt Simone: ‘Je moet kracht hebben, goed kunnen zwemmen en slim zijn. Door een combinatie daarvan kun je zien of een team of speler goed is.’ Ze sportte jaren bij Jong Oranje en deed mee aan EK’s en WK’s. ‘Afgelopen zomer zijn we als Nederlandse Waterpolosters voor het eerst sinds jaren weer gekwalificeerd voor de Olympische Spelen. Dat was mijn eerste keer en absoluut een hoogtepunt.’
Afstuderen
Terwijl ze wekelijks dertig uur trainde voor de Olympische Spelen, studeerde Simone ook af aan de Hogeschool Utrecht. ‘Die timing was niet geweldig, maar ik heb ervoor gezorgd dat ik het kon combineren. Mijn afstudeeronderzoek kon ik zelfstandig doen en ik zorgde ervoor dat ik flexibel kon zijn met het indelen van mijn uren. Als ik contact moest hebben met mensen, plande ik dat zelf in, in plaats van afhankelijk te zijn van een groep.’
Finance & Control
‘Ik vind het fijn mijn focus te hebben op sport en de samenleving, met een juiste balans. Dat houdt mij scherp.’ Daarom koos Simone na de middelbare school om een hbo-studie te volgen: Finance & Control. ‘Ik wilde een financiële kant op en vind het belangrijk om ook maatschappelijk bezig te zijn.’ De HU was toen nog niet zo bekend met leerlingen die aan topsport doen tijdens hun studie, vertelt Simone. ‘Maar ze waren bereid me te helpen.’
Docenten vooraf vertellen over haar situatie en goed blijven communiceren is volgens Simone het belangrijkste. ‘Door trainingen kon ik een project niet volgen en moest ik dat een jaar later doen. Dat project was intussen veranderd en de docent snapte mijn situatie niet goed.’ Uiteindelijk heeft ze met de examencommissie kunnen regelen dat ze een aangepaste versie van het project mocht maken. ‘Je moet het zelf regelen en zeggen welke aanpassingen jij nodig hebt. Logisch, want je wil je eigen opleiding doorkomen.’
Topsportcoach
Die tip geeft ze ook aan een groepje HU-studenten die ze begeleidt als topsportcoach vanuit het Finance instituut. Het begeleiden doet ze vanuit Barcelona, waar ze sinds eind september woont en voor de Spaanse topclub CN Mataró speelt.
‘Idealiter wordt elke les opgenomen’
Een keer in de zoveel weken spreekt ze online met de studenten die ze coacht. ‘En ze appen of mailen mij met vragen. Omdat ik dezelfde route heb bewandeld, vind ik het leuk om nu andere studenten te helpen. Ik weet waar ze tegenaan lopen.’ Ze kunnen bijvoorbeeld niet bij lessen aanwezig zijn of tentamens maken op de daarvoor aangewezen datum. Of ze snappen de stof niet en lopen achter. Idealiter wordt elke les opgenomen, zodat topsporters lessen in hun eigen tijd kunnen terugkijken. ‘Door de coronatijd waren veel colleges online en we hebben naar de mogelijkheden gevraagd. Door gebreken in het systeem was opnemen vaak niet mogelijk. Hopelijk lukt dat in de toekomst beter.’
Voordat dat mogelijk is, moeten de problemen anders worden opgelost: ‘Door goed te communiceren en met docenten zelf het gesprek aan te gaan. Docenten staan er vaak voor open om te helpen. Als dat niet het geval is kunnen studenten aankloppen bij de examencommissie.’
Passen en meten
Naast het coachen volgt Simone een pre-master aan de Open Universiteit en werkt ze als medebeheerder bij Canvas. Ondertussen traint ze natuurlijk gewoon door. ‘Dat is een kwestie van passen en meten. Maar zo blijf ik lekker bezig.’ Op dit moment traint ze zo’n dertig uur per week, vooral voor de Olympische Spelen in Parijs. ‘Mijn droom is daar een medaille te behalen.’