Nieuws

Zijlstra gaat door waar Plasterk eindigde

Halbe Zijlstra gaf Ronald Plasterk de bijnaam ‘minister van feesten en partijen’. Toch heeft de nieuwe VVD-staatssecretaris van hoger onderwijs en wetenschap veel aan zijn voorganger te danken. 

Drie jaar lang verwoordde Halbe Zijlstra de standpunten van de VVD op het gebied van hoger onderwijs en wetenschap. Hij vond dat Plasterk te weinig tijd aan die portefeuille besteedde. De feesten en partijen van het culturele wereldje vond de minister van OCW kennelijk interessanter, sneerde Zijlstra. 

Het lukte Plasterk niet goed om dat imago van zich af te schudden. Vooral voor zijn onderzoeksbeleid kreeg de PvdA’er weinig steun van coalitiepartner CDA. Precies een jaar geleden werd CDA-kamerlid Cisca Joldersma zo snibbig, dat Halbe Zijlstra erom moest grinniken: ‘En ik dacht dat ik de oppositie was.’

Op menig punt kon de VVD eigenlijk wel goed overweg met Plasterk. Toen de PvdA-minister de ‘harde knip’ tussen bachelor- en masteropleiding wilde invoeren, kreeg hij steun van de VVD: ‘De harde knip schept duidelijkheid en dat vinden we prettig: zoals je zonder vwo-diploma niet aan een bachelor kunt beginnen, kun je straks zonder bachelor niet met een master van start.’

Ook was de VVD – in tegenstelling tot het CDA – niet ontevreden toen Plasterk honderd miljoen euro uit de bekostiging van universiteiten haalde en in het talentenprogramma van onderzoeksfinancier NWO stopte. Bovendien zag Zijlstra wel iets in Plasterks plannen voor onderzoeksscholen die de promovendus meer vrijheid geven.

Toch botsten ze ook. Zijlstra vond dat de prestaties van universiteiten moesten meewegen bij de verdeling van de overheidbekostiging. Het zou om ‘enkele honderden miljoenen’ kunnen gaan. Maar volgens Plasterk zou dat ‘een ongelooflijke hoop red tape’ opleveren. ‘Juist de partij die een kleinere overheid wil, zou dit niet moeten willen.’

Plasterk leek hem later de hand te reiken met zijn pleidooi voor een nieuw onderwijsstelsel. Het hoger onderwijs dreigde uit zijn voegen te barsten, aldus Plasterk. Wie weet waren er meer smaken nodig dan alleen hbo en universiteit. 

Zijlstra stelde dat echter niet op prijs en noemde het ‘een oplossing op zoek naar een probleem’. Plasterk zou het hoger onderwijs rust moeten gunnen, meende hij. ‘De hogescholen waren net lekker bezig en de discussie over ‘universiteitje spelen’ lag achter ons. Plasterk rakelt het allemaal weer op.’

Misschien is Zijlstra hier achteraf milder over gaan oordelen, want Plasterk zette uiteindelijk de commissie-Veerman aan het werk, die een rapport heeft geschreven dat door het hele hoger onderwijs is omarmd. En die trok bovendien conclusies die de VVD als muziek in de oren klonken. Kwaliteit en missie van een opleiding moeten volgens Veerman zwaarder gaan wegen bij het verdelen van overheidsgeld.

In het regeerakkoord staat dat de aanbevelingen van het rapport zullen worden uitgevoerd. En Zijlstra mag bedenken hoe dat allemaal moet gebeuren.