Achtergrond

Forum: Zinvolle kennisvragen

De HU organiseerde 31 maart onder leiding van lector en Volkskrant-hoofdredacteur Pieter Broertjes een debat over het reflectieve vermogen van de hbo-professional. Steven Nijhuis was erbij en reageert op de oproep om op te leiden tot de reflective practitioner.

Al tijdens het debat over de hbo-professional kreeg ik het gevoel dat de hogescholen iets fundamenteels fout doen. En dan met name bij het onderwerp reflectie. De wereld heeft behoefte aan reflectieve professionals, dus laten wij onze studenten reflecteren. Kennelijk doen we het niet goed, want van alle kanten (zowel op het podium als vanuit de zaal) werd aangedragen dat de studenten een hekel hebben aan reflectieverslagen maken en het anders het wel krijgen.
De volgende dag vroeg ik de eerste student die ik tegenkwam of ze wel eens een reflectieverslag schrijft. Ja, en ze vond het vreselijk. Instant bevestiging. Tijdens ons gesprek werd mij duidelijk waar wat mij betreft het probleem zit. Zou ik een reflectieverslag willen hebben? Eigenlijk niet. Ik probeer dat hieronder te onderbouwen.

 

Tijdens het debat werden twee vormen van reflectie aangehaald: in action en on action. Flauw vertaald betekent dit dat je tijdens je handelen kijkt of het goed gaat en achteraf kijkt of je er wat van kan leren. Dat wil ik helemaal niet weten. Als je tijdens je handelen niet kijkt of het goed gaat dan kan je wel vergeten dat je goed werk aflevert. En dat je tijdens of achteraf ook leermomenten hebt (‘de volgende keer…’) die nuttig zijn, is evident en bepalend voor je toekomstige kwaliteit. Geert Kinkhorst noemt dit zelfreflectie (Onderwijsinnovatie, maart 2010). Hij geeft daarbij aan dat deze vorm van zelfreflectie met name belangrijk is voor beroepen waarbij interactie de kwaliteit bepaalt. Het besef wat er kan verbeteren kan door reflectie boven tafel komen, waarbij Geert hanteerbare methodes geeft. Maar of ik daarmee geïnteresseerd ben in het reflectieverslag zelf? In mijn ogen is het beste bewijs dat je tijdens je opleiding vaardiger wordt.

Er is behoefte aan professionals die de omgeving laten meeleren met hun ervaring. Die kunnen zien dat wat zij geleerd hebben voor anderen interessant is. Voor dit type professional bestaat al enige tijd een naam: kenniswerker. Geert Kinkhorst noemt dit methodiekreflectie, die de eigen en de collectieve vakkennis te ontwikkelt. Om dit te stimuleren hebben we al enige tijd een methodiek: de kennisvraag uit ‘verbinden van onderwijs en onderzoek’. Hierbij krijgt de student naast een praktijkopdracht (die past bij de gewenste competentieontwikkeling) ook een kennisvraag die veelal gaat over methodische kennis. Een voorbeeld hiervan is: welke verbeteringen aan methode X zijn nodig om hem bruikbaar te maken voor jouw situatie? Het antwoord op zo’n vraag is interessant voor de student – die de rol van kennisproducent krijgt – en voor docenten en/of kenniscentra.

Dit is geen pleidooi om het reflectieverslag om te dopen tot kennisvraag. Wel een pleidooi om reflectie nuttig te laten zijn voor studenten en docenten. Dat kan in mijn ogen door zinvolle kennisvragen te stellen.

Steven Nijhuis
coördinator Projectenbeheer faculteit Natuur en Techniek