Nieuws

‘Basischool geen oplossing voor alles wat mis is in de wereld!’

Maarten Zijdel (rechts) en Henry van Kraanen. Foto: Kees Rutten

Kinderen uit groep 8 kunnen steeds minder goed gesprekken voeren, blijkt uit onderzoek. Dus dat moeten ze voortaan op school gaan leren, zegt de inspectie. ‘Nee dus’, zeggen deze twee HU-pabo-docenten. Ten eerste: daar voorziet de basisschool al in. Ten tweede: waarom moet de basisschool alles oplossen?

Een gesprek voeren over alledaagse onderwerpen? Een heleboel kinderen lukt dat dus niet. ‘Ze hebben moeite om een gesprek op gang te brengen en op gang te houden’, zegt Matthijs van den Berg van de inspectie. ‘Ze kunnen hun gedachten en gevoelens moeilijk onder woorden brengen of hun mening geven.’

In het schooljaar 2016-2017 haalde 87 procent van de leerlingen in groep 8 het basisniveau 1F, in 2024 gold dat nog voor 69 procent. Op niveau 1F kunnen ze een gesprek voeren over alledaagse onderwerpen. Ook nemen kinderen die 1F niet halen minder vaak het woord. Ze leverden in een experiment geen actieve bijdrage aan het gesprek en gaven geen inzicht in hun eigen gedachtegang. Bovendien is hun woordenschat beperkt, waardoor ze vaak dezelfde, korte antwoorden gaven.

Scholen moeten aan de bak

Volgens Van den Berg zouden scholen er goed aan doen om gespreksvaardigheid te stimuleren. Leerlingen zouden bijvoorbeeld hun mening moeten leren geven over een bepaald onderwerp en hun standpunt toelichten in de klas. Heeft deze inspecteur hierin gelijk?

Zeker niet, zeggen Henry Kraanen en Maarten Zijdel, allebei al jaren werkzaam aan de pabo in Utrecht, momenteel als opleidingsdocent rekenen-wiskunde en leerteambegeleider. Henry: ‘Deze gebrekkigheid in het voeren van een gesprek speelt ook thuis en in de maatschappij. Mensen zitten op hun schermpjes, in de trein, overal, in alle gebieden van het dagelijks leven. Zinnen worden steeds korter.’

En de ouders dan?

‘Waarom moet je alles op de basisschool oefenen?’ zegt Maarten: ‘Doe dat ook thuis. Op de basisschool leer je voornamelijk basisvaardigheden. Valt “een gesprekje voeren” daaronder? Ik denk het niet. Dit gaat om socialisatie, dat moet je thuis leren, weg van het scherm, in gesprek met je familie, met vriendjes onderling. Laten we ook gewoon dingen teruggeven aan de ouders.’

Er ís een belangrijke rol weggelegd voor ouders en opvoeders, ziet ook Van den Berg van de inspectie. Heel veel kinderen geven in het onderzoek aan dat ze thuis nauwelijks over de actualiteit praten. ‘Misschien zitten we toch steeds vaker achter een schermpje’, merkt hij op. ‘Maar als we spreekvaardigheid met zijn allen belangrijk vinden, dan is het ook zaak om dat thuis aan de keukentafel aandacht te geven’, vindt hij. Maar daarnaast moeten dus ook de juffen en meesters hier harder aan trekken.

Scholen doen dit al

Henry is het niet eens met die conclusie. ‘Gespreksvoering is al een belangrijk onderdeel op school’, vertelt hij. ‘We hebben rekengesprekken, diagnostische taalgesprekken, leergesprekken, kringgesprekken, dus er is al volop aandacht voor.’

‘Het is zo gemakkelijk om alles bij de basisschool neer te leggen’, ziet Maarten. Die is namelijk al enorm overvraagd. ‘We moeten allemaal een sinterklaasactiviteit aanbieden, we moeten gymmen, we moeten handvaardigheid, we moeten op uitje.

Laten we teruggaan naar de basis, stelt hij voor. ‘Wat verwachten we eigenlijk van die basisschool? Als er ergens een probleem is, moet die dat dan oplossen? Dat is geen goede gang van zaken. De pabo is geen vergaarbak. De basisschool is geen oplossing voor alles wat mis is in de wereld.’