Achtergrond

Bedrijfsleven en HU groeien dichter bij elkaar

Is er sprake van een ontluikende liefde tussen hogeschool en bedrijfsleven? Hoewel ze elkaars taal nog niet geheel verstaan, wordt er meer toenadering gezocht en komen er meer onderzoeksvragen binnen. Studenten hebben veel baat bij een goede relatie.

Om het toezicht op bewoners van verpleeg- en verzorgingshuizen te verbeteren, ontwikkelt het bedrijf LSS Connect een elektronisch systeem. Verzorgers kunnen daardoor, vooral ’s nachts, veel efficiënter werken. Om te weten hoe ze het systeem op de markt konden brengen, neemt het bedrijf contact op met het MKB-loket in de Uithof, die de vraag neerlegt bij het Kenniscentrum Innovatie and Business van de faculteit Economie en Management. Alija Ibrahimovic, tweedejaars student international finance and control, ging begin 2010 met deze vraag aan de slag. (zie ook kader)

Bovenstaand is een mooi voorbeeld hoe hoger onderwijs en bedrijfsleven ‘iets’ kunnen halen bij elkaar. Wat een paar jaar geleden nog een onneembare vesting was. Joël Scherrenberg, voorzitter van MKB Utrecht, zei in 2007 in Trajectum:  ‘De hogeschool heeft nog een ietwat gesloten karakter en een elitair imago. De HU is alleen voor hoger opgeleiden, is het overheersende beeld. De beeldvorming klopt niet altijd en er wordt op de HU de laatste jaren een hoop gedaan om het beeld te doorbreken, maar zoiets is een lastige zaak.’ Hij signaleerde een kloof tussen HU en bedrijfsleven: ‘Als er vandaag iets wordt bedacht, willen ondernemers het morgen uitvoeren. Op de hogeschool krijg je te maken met allerlei overlegstructuren en bestaat steeds het risico dat mooie ideeën verzanden.’
Ook Willem Overbosch, directeur van MKB Servicedesk dat is gelieerd met MKB-Nederland, constateerde in die tijd een dergelijke kloof. ‘Er is een groot verschil in dynamiek tussen het MKB en de hogeschool’, zei hij. ‘Werken met de hogeschool veronderstelt langetermijnplanning, veel geduld en een omslachtige vertaling van hun vraag naar een stage-, project- of onderzoeksopdracht.’

Hoewel de relatie nog niet vanzelfsprekend is, bewegen HU en bedrijven naar elkaar toe. ‘De hogeschool heeft met de installatie van lectoraten een behoorlijke stap voorwaarts gemaakt en een stevige link gekregen met het bedrijfsleven’, zegt Michaël Kortbeek, sinds najaar 2008 voorzitter van de Kamer van Koophandel Midden-Nederland. ‘De hogeschool staat daardoor meer open voor contacten met bedrijven. Kennisvalorisatie heet dat: kennis die op de instellingen ontwikkeld wordt, staat ten dienste van het bedrijfsleven.’
Hij ziet dat de HU de afgelopen jaren op een positieve manier is veranderd. Hogescholen worden vanwege de praktisch toepasbare expertise gezien als de natuurlijke partner van het midden- en kleinbedrijf (MKB). Zij leiden werknemers op die voor een groot deel komen te werken in dergelijke bedrijven.  Ik heb het idee dat het niveau van de afstudeerders verbeterd is. Wat ik ook sterk vind is de samenwerking met de universiteit.’

Vriendelijke woorden van de voorzitter van de Kamer van Koophandel, die overigens geen vreemde is voor de hogeschool. Hij heeft geregeld contact met beleidsmedewerkers, faculteitsdirecteuren, lectoren en het college van bestuur. Hij zit samen met collegevoorzitter Geri Bonhof in het bestuur van de Taskforce Innovatie Regio Utrecht, een platform dat vernieuwing in het bedrijfsleven stimuleert. In mei vorig jaar maakte hij met de collegevoorzitter en andere bestuurders van kennisinstellingen en gemeente een trip naar China.

Ook heeft KvK-voorzitter Kortbeek te maken met lectoren die uit het bedrijfsleven komen en het klappen van de zweep kennen.’ Maar hij wil de verschillen tussen hogeschool en bedrijfsleven ook weer niet wegpoetsen. ‘Instellingen zoals de HU en de universiteit, gemeente en provincie neigen naar een bepaald taalgebruik dat niet aansluit bij wat er in het bedrijfsleven gebruikelijk is.’
Daarom is het zaak de vraag van bedrijven helder te krijgen. ‘Ik heb dertig jaar in het bedrijfsleven gewerkt en daar liepen altijd stagiaires rond. Ik weet precies wat er in het bedrijf gebeurt, maar het is niet altijd makkelijk om een opdracht te geven waar zowel het bedrijf als de stagiaire iets aan heeft. Daar moet je goed over nadenken.’
En ook voor studenten die net zijn afgestudeerd en hun eerste stappen in een bedrijf maken is het wennen, weet Kortbeek uit eigen ervaring. Lang geleden werkte hij bij een bedrijf op de afdeling voor leaseauto’s. De administratie bestond uit talloze kaartenbakken. De chef wilde een onderzoekje doen door middel van een steekproef uit het klantenbestand. Kortbeek, nog niet zo lang geleden afgestudeerd in economie, maakte een opzetje. Om een betrouwbare uitkomst te krijgen moesten daarvoor driehonderd contracten worden onderzocht, becijferde hij. Waarop de chef zei: ‘Nou, bij honderd weet ik het ook wel. Daar stond ik met mijn kennis van statistiek.’

MKB LOKET
De aansluiting tussen het MKB en de hogeschool is lastig, weet Kortbeek. ‘Als Taskforce Innovatie hebben we het MKB voorgelegd wat ze precies aan innovatie willen, maar dat is niet zo makkelijk te beantwoorden. Het hangt af van de fase waarin een bedrijf zich bevindt. Daar is dus geen algemeen antwoord op te geven. Het MKB Loket kan daarin een goede rol spelen. Dat vind ik een behoorlijke verbetering.’

Het MKB Loket bestaat sinds 2008 en is gevestigd in De Uithof. Het wordt binnenkort opgenomen in het Utrecht Valorisation Center, een centrum van hogeschool, universiteit, UMC Utrecht en Rabobank Utrecht, dat in oprichting is. Bedrijven kunnen bij het loket aankloppen met onderzoeksvragen, zoals een marktonderzoek. Medewerkers van het loket sluizen de opdracht door naar de betreffende afdeling van hogeschool, universiteit of UMC Utrecht. ‘We hebben het overzicht van de expertise in de kennisinstellingen. In elke faculteit en afdeling hebben we contacten met wie we over de onderzoeksvragen kunnen sparren’, zegt Martin Kempen, projectmanager van het MKB Loket.
‘Vaak moet een vraag van een ondernemer nog wat gepolijst worden is zijn ervaring. “Wat wil hij nou precies?” Veel startende ondernemers vragen om een marktonderzoek, maar bij nader inzien hebben ze een communicatiestrategie nodig. We verzoeken om de vraag nog eens op papier te zetten en voeren een gesprek. Dan denkt de ondernemer er zelf nog eens goed over na. Met dat verhaal gaan we naar de kennisinstelling.’

Paardenmassage
Maar niet elke vraag wordt gehonoreerd. Er kwam eens een verzoek binnen voor een onderzoek naar de impact van massage op de geestelijke gesteldheid van een paard. De vraag werd neergelegd bij de faculteit Diergeneeskunde, maar werd niet in behandeling genomen, omdat ‘t niet aansloot bij het lopend onderzoek. In veel gevallen gaat het om een marktonderzoek of de inzet van communicatie om de verkoop van een product te stimuleren.
Driekwart van de onderzoeken komt op het bordje van de hogeschool, want de HU richt zich immers op praktijkgericht onderzoek. Vooral de faculteiten Economie & Management, Natuur & Techniek alsmede Communicatie & Journalistiek zijn in beeld. Voor bepaalde technische vraagstukken wordt uitgeweken naar technische universiteiten of organisaties als TNO.

Je zou verwachten dat Kempen met open armen wordt ontvangen op de HU. Hij levert interessante casussen voor het onderwijs, die op een presenteerblaadje worden aangereikt. ‘Ja, vaak gebeurt dat ook’, stelt hij. Maar naast de positieve reacties zijn er ook minder succesvolle ervaringen. Kempen: ‘Soms is het een casus die niet aansluit bij het lopend onderzoek of er zijn geen docenten of studenten beschikbaar om het onderzoek uit te voeren.’

Interessant is dat hogeschool en universiteit ook samen participeren in opdrachten. Het MKB Loket bracht onlangs partijen van hogeschool en universiteit samen om te participeren in een imago-onderzoek van winkelgebieden in Utrecht en hoe dat verbeterd kan worden. De hogeschool richt zich daarbij op de advisering van de individuele ondernemer en hoe hij zijn omzet kan verhogen. De universiteit neemt het imago-onderzoek van het gehele winkelgebied op zich.

Vastgesteld kan worden dat er een duidelijke stijging is in het aantal onderzoeksvragen dat binnenkomt en in behandeling wordt genomen. In 2008 werden er zo’n dertig vragen bij de instellingen uitgezet. In 2009 is dit aantal verdubbeld en in 2010 lag het aantal onderzoeksvragen boven de honderd. De bekendheid van het MKB Loket bij bedrijven wordt groter, doordat het Loket zich meer profileert richting bedrijfsleven.

Voor studenten heeft een goede samenwerking alleen maar voordelen. Ibrahimovic is content over het werk dat hij mocht doen. ‘We leren de theorie op school en ik kon in een echt bedrijf onderzoek doen. Dat maakt de stage een stuk leuker en interessanter. Omdat niet alleen de docenten maar ook de werkgevers verwachtingen hebben, ontstaat er druk om goed te presteren. Je wilt jezelf waarmaken. De school presenteert je als student uit de Topclass die de opdracht goed moet kunnen uitvoeren. Aan die verwachtingen wil je dan voldoen.’ Hij kreeg een dikke 8 voor zijn stage.

‘Dat onderzoek heeft ons absoluut verder geholpen’

Het bedrijf LSS Connect, met vestigingen in het Limburgse Nuth en Utrecht, heeft een elektronisch systeem ontwikkeld waardoor het toezicht op bewoners van verpleeg- en verzorgingshuizen verbetert.

Het zogenaamde zorgdomoticasysteem werkt met cameratoezicht en bewegingsdetectie in bijvoorbeeld de slaapkamer. Zodra een been of arm van een slapende bewoner binnen het detectieveld komt, wordt via een WiFi-netwerk de PDA van de nachtverpleging geactiveerd. Het apparaatje laat een pieptoon horen, waarna de verpleging op het beeldschermpje ziet wat er aan de hand is en al dan niet in actie kan komen. Door dit geavanceerde alarmsysteem hoeft de nachtploeg niet meer om de zoveel tijd de kamers van de bewoners te controleren. Ook het voor de eigen veiligheid vastbinden van bewoners (fixeren) kan tot een minimum beperkt blijven.

LSS Care is succesvol ontwikkeld en in gebruik genomen in een verpleeghuis in Kerkrade. LSS Connect wilde weten op welke manier het ontwikkelde concept op de markt gebracht kon worden. Het bedrijf nam hiervoor contact op met het MKB Loket op De Uithof in Utrecht, die de vraag neerlegde bij het Kenniscentrum Innovatie and Business van de faculteit Economie en Management. Alija Ibrahimovic, tweedejaars student international finance and control, nam begin 2010 de taak op zich, onder begeleiding van docent en onderwijsadviseur Paul van der Aa.
Hij ontwikkelde tijdens zijn stage voor de Topclass, een programma voor ambitieuze studenten en een database van zorginstellingen in Nederland met potentiële afnemers van het ontwikkelde zorgdomoticasysteem. Uiteindelijk rolde er in juni vorig jaar een lijst uit van ruim driehonderd verpleeghuizen, die geschikt zijn om het innovatieve alarmsysteem te implementeren.

‘Dat onderzoek heeft ons absoluut verder geholpen’, zegt Kim Meulenberg, commercieel manager van LSS Connect. ‘De zorgmarkt is complex en ontzettend groot en divers. Ik kan nu in een oogopslag in de samengestelde database zien welke zorginstellingen binnen onze doelgroep vallen. Dat zijn zorginstellingen die zorg verlenen aan dementerende ouderen in verpleeghuizen die een kleinschalige woonomgeving bieden. Zij zijn de potentiële afnemers van de door ons ontwikkelde zorgoplossing LSS Care.’

Hierna kwam nog een vervolgonderzoek. Drie studenten van de minor Consultancy onderzochten afgelopen periode onder leiding van docent André Ras de vraag: wat zijn de beste strategische opties voor het bedrijf om het concept in de markt te zetten? Drie weken geleden plofte het eindrapport op de mat bij LSS Connect. Commercieel Manager Meulenberg is er dik tevreden over. ‘Het is een mooi rapport dat zeker niet in een la verdwijnt. Er staan een aantal strategische opties opgesomd waarmee ik meteen aan de slag kan.’

Voor de inmiddels derdejaars student Ibrahimovic komt er waarschijnlijk nog een follow up. ‘De leiding van het bedrijf heeft mij gevraagd om voor hun te blijven werken. Ik zou advies kunnen geven over potentiële klanten. Omdat ik die database en lijst van tien zorginstellingen heb gemaakt, heb ik daar veel kennis over. En ik zou LSS Connect kunnen gaan vertegenwoordigen op seminars en dergelijke. Daar gaan we binnenkort over praten.’