Nieuws

Geen hulp voor studenten omgangskunde

Inderdaad volgen bijna duizend studenten een lerarenopleiding waarmee ze nauwelijks een baan in het voortgezet onderwijs kunnen vinden, erkent staatssecretaris Zijlstra. Maar de hogescholen moeten het probleem zelf oplossen.

Tot voor kort kregen veel studiekiezers te horen dat ze na de opleiding tot leraar omgangskunde makkelijk in het voortgezet onderwijs terecht zouden kunnen: ze zouden niet alleen bevoegd zijn voor het vak omgangskunde, maar ook voor verwante vakken.

Maar aan die praktijk is al jaren geleden een eind aan gemaakt: alleen als ‘omgangskunde’ op het rooster staat, mogen de afgestudeerden voor de klas staan. En dat is vrijwel nergens zo. Omgangskunde wordt alleen in het mbo gegeven.

Zijlstra begrijpt de 'boosheid en teleurstelling' van studenten over de slechte voorlichting, schrijft hij aan de Tweede Kamer. Hij heeft overlegd met de vier hogescholen die de opleiding aanbieden, maar wil verder weinig doen. Hij heeft ook 'nog geen signaal ontvangen' dat de hogescholen, docenten en studenten de problemen niet samen kunnen oplossen.

Hij verwees nog eens naar de heldere ‘bijsluiter’ die hij straks van alle opleidingen vraagt. Daaruit kunnen studiekiezers afleiden wat de waarde van hun getuigschrift zal zijn en waar ze op de arbeidsmarkt terecht kunnen.

Overigens volgt meer dan de helft van de studenten de eenjarige variant van de opleiding tot leraar omgangskunde, zegt Zijlstra erbij. De studenten hebben dan al een hbo- of wo-opleiding gedaan en halen in één jaar hun lesbevoegdheid.

Dagblad Spits had klagende studenten gesproken en de kwestie in het nieuws gebracht en ook Trajectum berichtte erover.