Columns

Beter label: Creatieve Chaoot

Op de rand van afstuderen en arbeidsmarkt beseft Nina Bogosovac dat ze zich moet onderscheiden om eruit te springen. Maar hoe doe je dat? In deze serie gaat zij op zoek naar studenten die haar twijfels over de toekomst misschien kunnen wegnemen.

Ben ik een Creatieve Chaoot? Die vraag stel ik mijzelf na het lezen van het blog van pedagogiekstudent Peggy Schut (hierboven op de foto). ‘ADHD, autisme, dyslexie, hoogbegaafdheid… gave of probleem?’, lees ik.
Ook ik heb een ‘label’: dyscalculie. Dyscal.. watte? Een soort dyslexie, maar dan voor wiskunde.

'Stel je voor dat er een pizzapunt op je rechter handpalm ligt. Plaats je andere hand erboven. Doe net alsof er een camera in die laatste hand zit, zie je de pizzapunt  in gedachten van bovenaf?'
Uit dit (samengevatte) testje blijkt dat ik een beelddenker ben. Althans, volgens bepaalde theorieën en  de vierdejaarsstudent. Het is iets wat volgens haar vaak, al dan niet altijd, voorkomt bij mensen met dyslexie of dyscalculie.

"Normale" mensen
Ik heb Peggy uitgenodigd voor een gesprek omdat zij bevlogen is over een interessant onderwerp: veel labels (‘etiketjes, stoornissen, hoe je het ook wilt noemen’) zoals ADHD en dyslexie worden gezien als iets negatiefs. Zij vindt dat je moet uitgaan van de kracht van mensen. Daarbij ontkent ze niet dat bepaalde ‘stoornissen’ daadwerkelijk ervoor zorgen dat je niet kan functioneren. 'Maar in mindere mate, en bij normale tot hoge intelligentie kunnen er juist hele mooie dingen uit voortkomen. Creatieve Chaoten zijn geweldige out of the box-denkers. En dat is een mooie aanvulling op de grote groep "normale’ mensen", zegt zij met een knipoog. 

Zelf kreeg Peggy de diagnose ADHD, waarna zij begon te twijfelen aan zichzelf. Inmiddels is zij zeker van haar kunnen en hoopt ze de wereld een stukje beter te maken. Te beginnen bij het onderwijs. 'Ik heb uitstapjes naar een studie filosofie en politicologie gemaakt, waardoor mijn blik op de wereld is veranderd. Uiteindelijk kan ik mijn ei kwijt in pedagogiek. Ik wil ervoor zorgen dat kinderen die "anders" zijn hun talenten kunnen ontwikkelen. Ik weet niet zeker of ik het over een aantal jaar nog doe, al zal ik altijd maatschappelijke thema’s blijven bevechten.'

Voornemen één
Door het gesprek herken ik in sommige zaken mijzelf en mensen in mijn omgeving. Zonder heel erg te generaliseren zie ik veel gelijkgestemden, vooral op mijn opleiding. De journalist in een notendop: een tikkeltje chaotisch, open voor een goed gesprek en creatief. Daarnaast, met mij, heel veel mensen die slecht zijn in wiskunde. Dat laatste maakt het mij – gelukkig minimaal – moeilijk. Ook ik moet één economietentamen maken. Binnenkort staat poging drie op het program. Volgens Peggy is motivatie de key als het gaat om concentratie. 'Niemand verplicht je ergens toe.'

Ik leer dat dat ene tentamen niet zozeer  te moeilijk is, maar dat ik er  de relevantie niet van inzie. Om die reden bots ik tegen die verdomde grens van – wie kent ‘m niet –  5,5 aan. Voornemen één voor het nieuwe jaar heeft deze Creatieve Chaoot alvast opgeschreven.