Ik behoor nu tot de velen die het boekje Dit kan niet waar zijn van Joris Luyendijk hebben gelezen. Veel is er sinds het uitkomen in februari niet veranderd in de bankenwereld. Nog steeds vliegen de bonussen om je oren. "Wat heeft het voor zin om de lezer achter te laten in machteloze angst, woede en verbijstering?", schrijft Luyendijk. Angst heb ik niet echt, wel ben ik woedend en verbijsterd op het amorele gedrag van topbankiers en voel me ook machteloos.
Volgens een van de geciteerde bankiers is er niet zoveel solidariteit met het land dat men vertegenwoordigt, want een hoogopgeleide professional in Londen heeft meer gemeen met een hoogopgeleide collega in Hong Kong. Wat zouden ze dan gemeenschappelijk hebben? Geen geweten, hebzucht, geen empathie en een neus voor lijken om daar overheen te gaan.
Op de FEM leiden we ze op voor zo'n mogelijke toppositie. Daar ligt de kiem om studenten de juiste ethiek bij te brengen. Hoe sterker verankerd hoe beter.
Maar ik herinner me nog een voorlichtingsdag waar een toekomstige student vroeg: "Met welke opleiding kan ik het meest verdienen?" Op mijn wedervraag of hij al wist wat hij wilde worden en waar zijn interesse lag, antwoordde hij: "Dat maakt toch niet uit?"