Nieuws

Conflict over convenant voorlopig afgewend

De angel lijkt uit het dreigende conflict tussen het college van bestuur en de Hogeschoolraad (HSR) over het convenant van de HU met de provincie Utrecht. HSR-voorzitter Cees Braas is tevreden met de uitleg die het college geeft. Maar een ‘motie van afkeuring’ van de studenten uit de raad is nog niet van de baan.

Na de ondertekening van het convenant op maandag 15 februari reageerde een deel van de leden gepikeerd. Zij waren boos omdat de HSR niet op de hoogte was gesteld van het convenant. Tevens leek het erop dat er maatregelen in stonden die nog niet met de raad waren afgekaart. Zo stond vermeld dat het college de lestijden bij de hogeschool wilde oprekken tot 19.00 uur ’s avonds.

In een verklaring (inloggen nodig) die vrijdag 19 februari op Sharepoint is gezet reageert het college op de ontstane commotie. Het college ‘betreurt’ dat de indruk is ontstaan dat er onderwijs voor voltijdstudenten komt in de avonduren en op zaterdagen. ‘Dit is niet het geval.’ In deze tijden wordt er onderwijs gegeven aan de deeltijd- en masterstudenten.

Roostervrije dag
Het college in de verklaring: ‘De voltijd bachelorstudent wordt gewoon ingeroosterd op werkdagen maar heeft wel eens een enkele les die doorloopt tot 19.00 uur. Door deze spreiding in het rooster staat daar vaak weer een roostervrije dag tegenover. Daarnaast kunnen onderwijsactiviteiten worden gepland in traditionele vakantieperioden. Opleidingen kunnen zelf kiezen of zij van deze mogelijkheid gebruik maken.’

Het college erkent in de brief dat de HSR instemming heeft over de nadere uitvoering van de herhuisvestingsplannen. Dit ondanks het feit dat er enkele jaren geleden is ingestemd met de grote lijnen ervan. Zo moet er nog overeenstemming komen over de intensievere benutting van de onderwijsruimten en verruiming van de lestijden. Verder wijst het college erop dat de HSR is betrokken bij het onderzoek onder medewerkers en studenten naar de ervaringen met flexibele werk- en studieplekken.

Aanpassingen
Cees Braas, voorzitter van de HSR, zegt desgevraagd tevreden te zijn met de uitleg en nuancering van het college. Hierdoor is wat hem betreft de angel uit het dreigend conflict. 'Ik denk dat een groot deel van de frustratie is weggenomen', zegt hij. De raad benadrukte gisteravond nog in een persbericht (inloggen) dat het college met het convenant vooruitloopt op de onderzoeken die gaande zijn. In de berichtgeving hierover leek het alsof de raad al heeft ingestemd met de uitvoeringsplannen van de huisvestingsoperatie, wat dus niet het geval is.

‘Een van die afspraken’, schrijft de HSR, ‘is het onderzoeken van de sociale haalbaarheid van het huisvestingsconcept. Het onderzoek onder medewerkers loopt op dit ogenblik, het onderzoek onder studenten moet nog van start gaan. Het is zeker niet uitgesloten dat het onderzoek leidt tot aanpassingen van het concept.’

Laatste waarschuwing
Toch is de kou nog niet helemaal uit de lucht. Een meerderheid van de studentengeleding van de Hogeschoolraad nam tijdens een aparte vergadering afgelopen woensdag een ‘motie van afkeuring’ aan. Dit is een soort laatste waarschuwing aan het adres van het college van bestuur. De studenten keuren het af dat de HSR niet is geïnformeerd over het convenant met de provincie ‘en spreekt de wens uit dat het college voortaan de medezeggenschap hierbij tijdig betrekt’.

Tijdens een extra agendapunt in de daarop volgende vergadering van de HSR dienden de studenten hun motie in. Er is grote onvrede over de gang van zaken en dat willen zij laten blijken. ‘Wij blaffen wel met regelmaat maar bijten nooit. Het is nu tijd om met de vuist op tafel te slaan en een duidelijk statement te maken’, zei Michael Westerweel van de studentenfractie MUST.

Imagoschade
Maar de personeelsleden in de HSR stonden op de rem. Het dagelijks bestuur van de raad had eerder die dag een gesprek gehad met collegevoorzitter Jan Bogerd. Het college beloofde om schriftelijke tekst en uitleg te geven. Veel personeelsleden wilden deze procedure niet doorkruisen door de motie te steunen waarna een meerderheid van de HSR besloot om de reactie van het college van bestuur af te wachten.

De motie gaat vooralsnog niet in de prullenbak. ‘We zijn tevreden met de uitleg van het college omtrent de uren. Echter wij vinden de excuses van het college voor de imagoschade aan de medezeggenschap te beperkt’, laat Fayka van Opijnen van de studentenfractie MUST weten. ‘Onder de studenten is er nog geen voldoende vertrouwen in de belofte dat het college ons voortaan ook in vergelijkbare overeenkomsten als partner zal meenemen. De motie hierover die in de afgelopen vergadering is geformuleerd door de studenten is hiermee nog niet van tafel.’