Nieuws

Ranglijst Keuzegids verandert nauwelijks zonder oordeel studenten

Foto: Femke van den Heuvel

Als het oordeel van studenten helemaal niet zou meewegen in de Keuzegids, dan nog zou de Hogeschool Rotterdam op precies dezelfde plaats in de ranglijst eindigen. Ook de HU zou opnieuw op een gedeelde een-na-laatste plek belanden. Dat blijkt uit een experimentje van de Keuzegids zelf (zie staatje onder dit artikel).

Van alle grote hogescholen zou Avans nog altijd het hoogst scoren. De HvA zou niet langer hekkensluiter zijn, maar van plaats ruilen met Hogeschool Inholland, die dankzij het oordeel van haar studenten iets beter scoort in de echte lijst.

Bij de middelgrote hbo-instellingen valt vooral de Christelijke Hogeschool Ede op: die scoort dankzij zijn studenten heel hoog in de gewone ranglijst en zakt naar de derde plaats als hun oordelen niet meetellen.

Experiment
De Keuzegids maakte deze nieuwe ranglijst als experiment na kritiek van collegevoorzitter Ron Bormans van de Hogeschool Rotterdam. Die vond de criteria van de ranglijst enigszins willekeurig. Waarom wegen studentenoordelen in de Keuzegids voor zeventig procent mee, vroeg hij zich af, terwijl het oordeel van deskundigen maar voor tien procent telt?

Wij willen ook weleens zien of dat verschil maakt, was het antwoord van de Keuzegids. Hoofdredacteur Frank Steenkamp noemt het spelen met de ranglijst ‘een leuke bezigheid voor een regenachtige vrijdagochtend’.

In deze nieuwe ranglijst telt nog altijd het studiesucces van hogescholen mee: hoe snel behalen studenten hun diploma, hoe vaak wisselen ze van opleiding? Ook daar had Bormans kritiek op. In de Randstad is het nu eenmaal makkelijker op naar een andere hogeschool over te stappen, zei hij, en waarom is het eigenlijk erg als iemand iets langer over zijn opleiding doet? Misschien moet je zulke informatie helemaal niet in een ranglijst willen vangen.

Verrassend
Toch vindt Steenkamp het verrassend hoezeer het oordeel van studenten overeenstemt met deze nieuwe ranglijst. Hun meningen blijft de Keuzegids dus gewoon meewegen. ‘Want als hun mening zo mooi samenhangt met studiesucces en het oordeel van de experts, dan is dat toch een extra reden om die serieus te nemen?’

Het debat over ranglijsten is hiermee vast niet voorbij, snapt Steenkamp. ‘Maar het biedt misschien wel brandstof voor dat debat. Want wat maakt nou dat sommige hogescholen blijkbaar ongeacht de gehanteerde criteria jarenlang succesvoller zijn dan andere?’

Bormans zou overigens liever zien dat andere hogescholen het debat openden, die hoger in de ranglijst staan. Zij kunnen er immers niet van beschuldigd worden dat ze de ranglijst bekritiseren omdat ze van hun eigen lage score balen.

Aanbevolen
Maar voorzitter Paul Rüpp van Avans – in beide lijsten nummer één – houdt zich voorlopig op de vlakte. Tegen Punt, het blad van zijn eigen hogeschool, zegt hij slechts dat hij wil kijken welke informatie voor een studiekiezer relevant is. ‘Daar gaat het immers om. En als er betere methoden zijn dan de huidige Keuzegids, houd ik me aanbevolen. Ik wil daar wel over meedenken.’