Minister Plasterk erkent dat de begeleiding van stagiairs te wensen overlaat. Er worden vaak geen goede afspraken over gemaakt, meent hij. Docenten, studenten en bedrijven moeten daar zelf iets aan doen.
Maar liefst 38 procent van de studenten was afgelopen jaar ontevreden over de stagebegeleiding, stelde het bureau Stageplaza op grond van een enquête onder 2257 studenten. De Socialistische Partij wilde weten wat minister Plasterk daarvan vond en stelde schriftelijke vragen.
Een veel te hoog percentage, oordeelt Plasterk in zijn antwoord. De instellingen moeten betere afspraken maken met de studenten, zodat die weten wat ze kunnen verwachten. Hoeveel begeleiding een stagiair nodig heeft, verschilt echter van geval tot geval.
Hij ziet daarom weinig heil in overheidsingrijpen. Hij zal de instellingen wel wijzen op hun verantwoordelijkheid voor goede stagebegeleiding. Als de stage onder de maat is en de stagiair vooral als goedkope invalskracht wordt gebruikt, moeten docenten en studenten de stage ‘in overleg met het bedrijf’ beëindigen.
De SP pleitte ervoor om stagevergoedingen in de CAO op te nemen, maar Plasterk ziet daar niets in. Hij wil niet dat ‘de grens met betaalde arbeid vervaagt’.