Achtergrond

‘De tijd is rijp voor meerdere studentenpartijen’

Oud-student creatieve therapie Marlies Strieder (27) is sinds augustus vorig jaar coach bestuurlijke participatie studenten (BPS). Ze ondersteunt studenten in de medezeggenschapsorganen van de hogeschool. Eind mei barsten de verkiezingen los.

Waarom is het nuttig dat studenten zich bezig houden met medezeggenschap?
Medezeggenschap is geen doel op zich. Het doel is om samen met het management en de docenten te zorgen voor beter onderwijs. Wie kunnen er nou beter iets zeggen over hoe het onderwijs wordt vormgegeven dan de studenten zelf? Dan heb ik het over de inhoud van het onderwijs, maar ook over een strategisch plan van de hogeschool. Als je je alleen wilt bezighouden met de onderwijsinhoud kom je eerder terecht bij een opleidingscommissie (OC), als je bestuurlijke zaken interessant vindt dan kom je uit bij de facultaire medezeggenschapsraad (FMR) en centrale raad (CMR).
Bovendien leer je verschrikkelijk veel als je bestuurlijk actief bent. Je hebt de mogelijkheid om ervaring op te doen. Als je straks gaat werken, weet je: als ik het op die manier doe, ga ik op mijn bek. Dat doe je dan dus anders. Je krijgt gevoel voor bestuurlijke verhoudingen.

Voorbeeld van een belangrijk succes dat door studenten in medezeggenschapsraden is behaald?
Bij de faculteit Natuur en Techniek wordt de opleiding bedrijfskader afgebouwd. De opleidingscommissie heeft zich er sterk voor gemaakt dat de zittende studenten gewoon kunnen afstuderen. Zij hebben de directie voorgesteld om in kaart te brengen wat de studenten nodig hebben om af te kunnen studeren en wat de opleiding daar nog voor moet doen. Dat is overgenomen door de directie.
Op HU-niveau is er vorig jaar november een debat geweest met actieve studenten en het college over het strategisch plan. Daar is bijvoorbeeld naar voren gebracht dat studenten meer uren onderwijs willen en dat zie je in het strategisch plan terug.

Je bent zelf student geweest en nu zit je in het bestuursgebouw tussen beleidsmedewerkers en college van bestuur. Hoe bevalt dat?
Het is een grote omschakeling omdat hier vrij weinig studenten komen. Wel lopen de CMR-studenten in en uit en zit studentenpartij MUST in het gebouw. Ik ben niet helemaal geïsoleerd. Bovendien zit ik niet de hele dag achter mijn bureau. Ik ben voor de helft of meer onder de studenten. Ik woon vergaderingen van opleidingscommissies en faculteitsraden bij, geef trainingen, begeleiding en advies. Een voordeel van deze plek is dat ik makkelijk binnenloop bij de mensen van internationalisering of andere beleidsmedewerkers.

De Sharepointsite van BPS toont de afgelopen twee maanden een column, een aankondiging van de landelijke studentenbonden die bestuursleden zoeken en een bericht van de borrelcommissie. Het discussieplatform biedt geen enkel issue. Erg magertjes, terwijl het land in rep en roer is over het onderwijs.
De discussies over het nieuwe leren en competentiegericht onderwijs horen meer thuis bij de studentenpartijen zoals MUST en Eureka. Daar meng ik mij niet in. Ik ben er om studenten te faciliteren, begeleiden en adviseren. Inhoudelijke vragen probeer ik te beantwoorden. Het is niet het hoofddoel om op de site uitgebreide discussies te voeren. Je kunt er wel veel informatie downloaden, bijvoorbeeld documenten over de onderwijs- en examenregeling. Mijn taak ligt vooral in kenniscirculatie en het aanleren van vaardigheden waardoor de studenten zelf een mening kunnen vormen.

Wat doet die foto van tongende studenten trouwens op de site?
De bestuurlijk actieve studenten borrelen elke donderdagavond in café De Beurs en dan gebeuren dat soort dingen. Op de site is een soort roddelrubriekje waarvoor studenten wetenswaardigheden kunnen insturen. Nu staat er deze foto op, maar er kan ook een serieuze quote van collegevoorzitter Geri Bonhof verschijnen.

Studenten die in de medezeggenschapsraden zitten, krijgen 160 euro per maand. Dat is makkelijk verdiend voor een paar uur vergaderen.
De beloning is afhankelijk van hoe vaak je een vergadering bijwoont. Het vaste tarief is veertig euro per vergadering. De CMR en faculteitsraden vergaderen over het algemeen elke twee weken en soms zelfs elke week. In dat laatste geval ontvang je 160 euro. Maar je bent ook naast de vergaderingen bezig. Je praat met mensen, schrijft eens een stuk en leest en overlegt veel. Het is geen slechte verdienste, maar je moet er veel tijd in steken.

Het weegt niet op tegen een bijbaantje bij de HEMA?
Nee. De mensen doen het niet voor het geld. Hun drijfveer is dat ze zaken in de hogeschool willen veranderen en verbeteren. Het geld is een mooie tegemoetkoming.

Studentenpartij MUST bezet alle studentenzetels in de CMR en bijna alle in de faculteitsraden. Ze zijn oververtegenwoordigd. Is dat wel democratisch?
Dat moet je in perspectief plaatsen. Een aantal jaren geleden zaten er weinig studenten in de raden en toen stonden er een paar studenten op. Zij hebben MUST opgericht, met als resultaat dat er allemaal MUST-fracties in de raden participeren. MUST heeft wat dat betreft haar doel bereikt omdat nu alle studentenzetels bezet zijn. Sinds vorig jaar ontstaan er andere partijen met andere standpunten zoals Eureka. Ik denk dat de tijd rijp is voor meerdere studentenpartijen. Dat is goed omdat er ook studenten binnen de hogeschool zijn die bijvoorbeeld achter het kritisch standpunt staan van Eureka over het nieuwe leren. Op die manier gaat de medezeggenschap meer leven.

De animo onder studenten om te stemmen is minimaal. Vorig jaar tijdens de tussentijdse verkiezing was de opkomst slechts enkele procenten.
Dat klopt. Wij zijn niet de enige instelling waar dat speelt en dat geldt trouwens ook voor het personeel. Het vergt aandacht. Het is verrekte moeilijk om aan studenten duidelijk te maken wat de raden en commissies voor elkaar krijgen. Voor een OC is dat wat makkelijker dan voor de FMR’s en CMR. Het is voor veel van de studenten en ook voor docenten de ver-van-mijn-bedshow.
Een van de belangrijkste oorzaken is dat de opleidingen zo groot zijn. Je kent vaak je eigen medestudenten niet en de medewerkers kennen lang niet alle studenten. De hogeschool is zo grootschalig, er zitten meer dan 30.000 studenten. De medezeggenschapsraden moeten niet alleen tijdens de verkiezingen, maar ook gedurende het jaar laten merken dat ze er zijn. Daar moet nog een slag gemaakt worden.

Gerard Rutten