Nieuws

‘Begin nú met bouwen van meer studentenwoningen’

Niet over vijf jaar, niet volgende week, maar er moeten nu meteen meer studentenwoningen worden gebouwd. Studentenbond VIDIUS luidt de noodklok. ‘Dit kan zo niet langer.’

Aanleiding voor de noodoproep is de afgelopen donderdag verschenen Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2017. Volgens VIDIUS zal het kamertekort in Utrecht, waar de markt al jaren zeer krap is, de komende jaren alsmaar groter worden. Uit de monitor blijkt namelijk dat het aantal studenten in Utrecht in de aankomende jaren gaat oplopen. ‘De komende vijf jaar komen er 18.460 studenten bij’, weet VIDIUS-voorzitter Martijn Grul. Hij verwacht ook dat de markt verder onder druk komt te staan, ondanks de verwachte afname aan studenten door het leenstelsel. Het percentage internationale studenten zal – zo denkt de studentenorganisatie – ook verder toenemen, waardoor er voor deze doelgroep alleen al tweeduizend extra kamers nodig zijn. ‘Dit kan zo niet langer. De onderwijsinstellingen en de gemeente moeten hun verantwoordelijkheid nemen en het woningtekort terugdringen’, zegt Grul.

Lasten
Huidige projecten van de gemeente zetten nog maar weinig zoden aan de dijk, merkt Grul, die klare taal spreekt. ‘Goede verhalen over de afname van het woningtekort zijn niet terug te zien in de praktijk, omdat de grootste projecten pas op zijn vroegst in 2021 worden opgeleverd. Er moet simpelweg meer gebouwd worden. Niet in 2021, niet over vijf jaar, niet volgende week, maar nu meteen.’ Eerder deed ook de Utrechtse afdeling van GroenLinks een oproep in haar partijprogramma voor meer en een betere studentenhuisvesting.

Dat deze markt onder druk staat in de Domstad, is terug te zien in de woonlasten van Utrechtse studenten. Nergens in Nederland is het verschil tussen de huidige woonlasten en het bedrag dat de studenten eigenlijk zouden willen betalen aan woonlasten zo hoog als in Utrecht. Studenten in Utrecht zijn zestig euro per maand meer kwijt dan ze lief zijn. Landelijk gezien ligt het gemiddelde verschil op vijftien euro.