Een van de culturele pijlers was, en hopelijk nog steeds is, de tolerantie van de Nederlanders. Al lijkt er behoorlijk geduwd en getrokken te worden aan die pijler door de komst van vluchtelingen.
In de 17e eeuw bloeide de Republiek der Verenigde Nederlanden op, waardoor we nu van een Gouden Eeuw spreken. Die bloei ontstond niet alleen door de autochtonen, maar ook door de komst van vele buitenlanders. Zij zochten werk in ons land, of op onze zeeschepen, maar er kwamen ook studeren.
Duizenden vluchtelingen werden in het leger van de Oranjes opgenomen. Aan het eind van die eeuw woonden zo'n 12.000 hugenoten in de steden Amsterdam, Leiden en Groningen. Sommigen van hen kwamen in het boekenvak terecht, omdat dit gilde vreemdelingen toeliet. Anderen gingen studeren en werden zelfs hoogleraar.
Culturele macht hoeft geen mensenlevens te kosten en kost betrekkelijk weinig. Dat deed de Verenigde Staten de afgelopen eeuw, zegt Herfried Münkler in Trouw van 18 september: "Hollywood, jazz en rock&roll hebben veel bijgedragen aan het aanzien van Amerika in de wereld".
Waarom dragen wij onze tolerantie niet meer uit door het makkelijker te maken om door te studeren voor vluchtelingen. Google eens naar www.uaf.nl, die vluchtelingen een kans biedt hun talenten te ontwikkelen. Exporteer tolerantie.
