Het opsporen en arresteren van Joodse onderduikers was in de Tweede Wereldoorlog vooral de taak van gespecialiseerde afdelingen van de Nederlandse politie. Uit onderzoek van HU-lector en onderzoeksjournalist Ad van Liempt en Jan Kompagnie blijkt dat veel politieagenten dit werk zo fanatiek deden dat die afdelingen kunnen worden gezien als criminele organisaties binnen het politiebureau.
Jodenjacht is de weerslag van een onderzoek in ongeveer 230 strafdossiers van politieagenten dat het Nationaal Archief bewaart. De onderzoekers ontdekten dat zich bij de georganiseerde jacht op Joodse onderduikers allerlei excessen hebben voorgedaan.
Veel van de betrokken agenten bedreigden en mishandelden hun slachtoffers om meer onderduikadressen te weten te komen.
Het instellen van deze speciale groepen binnen het korps was een idee van de Duitse Sicherheitsdienst. Zo konden voor dit werk gemotiveerde agenten bij elkaar gezet worden en had de rest van het korps geen dagelijkse bemoeienis met het arresteren van Joden.Deze betrokken agenten waren overwegend lid van de NSB of de SS en waren uiterst gemotiveerd om op Joden te jagen. Ze streken een premie vop voor elke opgepakte Jood en drukten veelvuldig Joods bezit achterover.
Ad van Liempt, Jan Kompagnie, Jodenjacht – De onthutsende rol van de Nederlandse politie in de Tweede Wereldoorlog Uitgeverij Balans (Amsterdam 2011).€ 19,95