Het experiment met flexstuderen voor voltijdstudenten is komend studiejaar ook mogelijk voor eerstejaars. Althans: de minister biedt die mogelijkheid. Maar de HU doet niet mee aan deze uitbreiding en laat alleen ouderejaars toe.
Vanaf volgend jaar kunnen naast de ouderejaars ook eerstejaars meedoen aan de pilot voor flexstuderen, zo schreef minister Van Engelshoven half april in een brief aan de Tweede Kamer.
Maar de HU maakt geen gebruik van deze uitbreiding naar eerstejaars, zegt Tanja Derksen, projectleider Flexstuderen. Voltijdstudenten moeten in het eerste jaar namelijk vaak een bindend studieadvies van vijftig EC’s (studiepunten) moeten halen. Dat sluit lastig aan bij het flexstuderen-experiment, waarbij studenten een beperkt deel van de cursussen volgen. Daarbij komt dat eerstejaars sinds september 2018 slechts de helft van het collegegeld moeten betalen. Ze zijn dus al goedkoper uit dan ouderejaars. ‘Al met al lijkt een uitbreiding naar het eerste jaar niet te passen’, zegt zij.
Topsport
In september 2017 startte een experiment met flexstuderen voor een beperkt aantal studenten. Zij betalen niet voor het hele jaar collegegeld, maar een bedrag per studiepunt waarvoor zij zich inschrijven. Zo kunnen zij per jaar een deel van de vakken volgen. De regeling is bedoeld voor wie zich naast de studie bezighoudt met bijvoorbeeld topsport, bestuurswerk of het opzetten van een onderneming. Ook studenten met een functiebeperking kunnen meedoen.
De HU startte flexstuderen bij vijf opleidingen met 38 studenten. Zij moesten de propedeuse op zak hebben. Zeven van hen gaan met het experiment door. De rest volgt de studie nu via de reguliere manier of is afgestudeerd. Vanaf september 2018 werd de proef uitgebreid naar alle opleidingen van de hogeschool, met een maximum van 500 nieuwe deelnemers per jaar. Dit jaar begonnen er 441 als flexstudent.
Knelpunten
De HU is positief over het experiment (dat duurt tot 2023) en wil ermee doorgaan, staat in een inventarisatie die in opdracht van het ministerie is gemaakt. Wel zijn er knelpunten. Zo kan de communicatie bij de aanmelding van Studielink beter, omdat veel studenten niet op de hoogte zijn wat flexstuderen inhoudt. Verder zorgt het experiment tot hogere werkdruk bij de studentenadministratie. Ook leiden de betalingsverzoeken voor collegegeld per studiepunt soms tot verwarring bij studenten.
Ook kan de informatievoorziening beter voor docenten en studieloopbaanbegeleiders , meldt het onderzoek. Flexstudenten zitten tussen de reguliere studenten. Daardoor kan het gebeuren dat bijvoorbeeld een hele groep ingeschreven wordt voor een tentamen, inclusief de flexstudenten die niet van plan waren het vak te volgen. Bij de organisatie van het onderwijs ondervindt de HU verder geen problemen, omdat het gaat om een relatief klein aantal deelnemende studenten.
Ook de ervaringen bij de andere hogeschool en universiteiten zijn positief genoeg om door te gaan met de pilot, concludeert de minister. Naast de HU doen ook Hogeschool Windesheim, Universiteit van Amsterdam en Tilburg University mee in de pilot. Vanaf 2019 doet ook de Universiteit Utrecht mee. Onbekend is welke instelling wel eerstejaars toelaat tot het experiment.
