Interview

Gevoelige kwesties: ‘Alle perspectieven mogen gehoord worden’

Nadèzda Broshuis (m) en Hicham (l) en Achraf Chatouani / foto: Kees Rutten

De Zwarte Piet-discussie, kwesties rond lhbtq+ en het Israëlisch-Palestijns conflict. Deze zaken komen ook binnen de HU ter sprake. Maar hoe dan? Een gesprek met twee studenten die hier onderzoek naar deden en docent Nadèzda Broshuis, coördinator van het project ‘Gevoelige kwesties bespreken in de klas’. 

Studenten weten vaak niet hoe ze gevoelige kwesties kunnen bespreken in de klas en daarbuiten. ‘Dat komt doordat zij bepaalde vaardigheden missen om zo’n gesprek te leiden. Dergelijke gesprekken zorgen vaak voor polarisatie, conflicten en onveilig gevoelens’, zegt Hicham Chatouani, vierdejaars Social Work. ‘Terwijl een dialoog juist zorgt voor meer begrip voor elkaars standpunten.’

Samen met studiegenoot en neef Achraf Chatouani is Hicham bezig met een afstudeeronderzoek naar de manier waarop studenten deze kwesties aankaarten. Het gaat bijvoorbeeld om het conflict tussen Palestina en Israël, wel of niet vaccineren in coronatijd, de Zwarte Piet-discussie en zaken rond lhbtq+. Hun onderzoek bestond uit enquêtes, interviews en observaties.

Het onderzoek voerden de studenten uit op uitnodiging van docent Nadèzda Broshuis, onder andere projectleider van ‘Gevoelige Kwesties bespreken in de klas’. Broshuis organiseerde samen met het Netwerk Diversiteit & Inclusie enkele weken geleden een bijeenkomst voor medewerkers naar aanleiding van de situatie in Israël. De neven Chatouani bespraken de kwestie in een aparte sessie samen met het netwerk en studenten.

Conferentie in Porto

De twee studenten geven vaker samen met Nadèzda voorlichting aan de hogeschool over gevoelige kwesties in de klas. Op een Europese conferentie van Social Work in het Portugese Porto afgelopen mei, mochten zij hun onderzoeksresultaten op een internationaal podium presenteren. Het leverde ze een tweede plek op voor de Alice Salomon Award, een prijs voor mensen die een uitzonderlijke bijdrage leverden aan het sociaal werk.

Studenten vermijden deze gesprekken omdat ze niet weten hoe ze ze moeten voeren

Hoewel zij beiden een onderzoek naar het bespreken van gevoelige kwesties onder studenten deden, ontwikkelden zij ieder een eigen afstudeerproduct. Hicham maakte een ’toolkit’ die studenten en docenten kunnen gebruiken als zij gevoelige kwesties in de klas bespreekbaar willen maken. Achraf stortte zich op een ‘handreiking,’ met daarin gespreksregels en hulpvragen om het gesprek te verhelderen.

Gespreksvaardigheden ontwikkelen

‘Studenten willen hier met elkaar over deze gevoelige kwesties praten maar vermijden deze gesprekken omdat ze niet weten hoe ze ze moeten voeren en ze daardoor een onveilig gevoel ervaren bij zichzelf’, stelt Hicham. Om deze gesprekken wel te voeren en in goede banen te leiden moeten studenten bepaalde gespreksvaardigheden ontwikkelen, zegt hij.

Hicham: ‘Bijvoorbeeld goed luisteren naar elkaar en elkaar laten uitpraten. Maar ook je inleven in perspectieven van de ander en nagaan waar je eigen referentiekader vandaan komt. Dus waar baseer je je eigen mening op?’

Grote rol voor sociale media

Iedereen heeft ‘heilige huisjes’, zeg maar persoonlijke overtuigingen, waarvan niemand wil dat ze ter discussie worden gesteld, betoogt Achraf. Die komen vanuit familie, opvoeding, vrienden en omgeving. Maar ook sociale media spelen hierin een grote rol. ‘Als je altijd rechtse bronnen tot je neemt en die voor waarheid aanneemt, ken je de linkse standpunten en argumenten niet. Het is belangrijk dat je je laat informeren van verschillende kanten.’

Hij stipt aan dat veel studenten via sociale media vanuit hun vriendenclub of bubbel te horen krijgt hoe de wereld in elkaar steekt. ‘Dan vragen wij ons af hoe objectief die informatie is’, vertelt hij. Het is belangrijk dat studenten hierover nadenken. ‘Wij als toekomstig professionals kunnen later in het werkveld ook te maken krijgen met gevoelige kwesties bij collega’s of een cliënt.’

Woorden doen ertoe

Stel er is een discussie in de klas tussen een Joods iemand die kan billijken wat Israël doet en zijn klasgenoot die meer sympathie heeft voor de Palestijnen? ‘Die vraag is al verkeerd, volgens Nadèzda Broshuis. ‘Ik zou zeggen: er is een student die zich kan vinden in wat de regering van Israël doet. Want Joods zijn betekent niet meteen dat je pro-Israël bent. Woorden doen ertoe, juist bij gevoelige kwesties.’

Ze vervolgt: ‘Dus als je zoiets bespreekt, gaat het niet over de achtergrond van iemand. Natuurlijk, het kan te maken hebben met het perspectief van waaruit iemand de zaak bekijkt. Maar het gaat er ook om dat we allemaal mensen zijn en dat we met een moeilijke situatie te maken hebben.’

We willen volgens Broshuis allemaal erkenning en begrip. ‘Maar dat kan je niet altijd krijgen, zeker niet als je lijnrecht tegenover elkaar staat. Deze studenten Social Work hebben juist dingen ontwikkeld om te kijken naar hoe je nader tot elkaar komt. Bijvoorbeeld door nieuwgierig te zijn naar het andere perspectief.’

Lijnrecht tegenover elkaar

We stellen de vraag opnieuw. Stel er is een student die zich kan vinden in wat Israël doet en een ander wiens hart meer bij Palestina ligt. Zij staan dus lijnrecht tegenover elkaar. Hoe zouden jullie een dialoog tot stand kunnen brengen?

Achraf: ‘Belangrijk is dat we de groep meegeven dat de verschillende gedachten er mogen zijn. Laten we vooropstellen dat niemand geweld goedkeurt. Althans, bij de groep in die bijeenkomst die wij begeleidden was dat wel zo. Dat is al een mooi begin.’

Niemand moet zeggen: dit is dé waarheid. Nee, dat is jóuw waarheid

Hicham vervolgt: ‘We waren de workshop begonnen door te zeggen dat iedereen zichzelf moet kunnen zijn en dat de verschillende perspectieven van elkaar worden geaccepteerd. Vervolgens hebben we iedereen aan het woord gelaten en is iedereen met elkaar in gesprek gegaan. Soms leken er felle discussies te ontstaan. Wij zagen erop toe dat ze elkaar lieten uitpraten.’

Elkaars perspectieven leren begrijpen

Hicham: ‘Het is niet de bedoeling dat we discussies krijgen, maar dat we elkaars perspectieven leren begrijpen. We hebben gezocht naar overeenkomsten. Iedereen wil vrede, een veilige omgeving. Er was een vrouwelijke student met familie in Israël die zei dat ze niet achter het geweld van Israël staat. Net als veel mensen in Israël zelf. En dat wisten sommigen uit die workshop niet.’

De nadruk ligt vooral op de dialoog die moet leiden tot een veilige omgeving voor iedereen. Docent Emre Çiçek zei in een interview op EénHU (inloggen voor medewerkers) naar aanleiding van de eerdere bijeenkomsten over Israël en Palestina: ‘Juist in moeilijke tijden is het belangrijk de dialoog op te zoeken in plaats van de discussie’. Maar kan het zo zijn dat dit er voor zorgt dat mensen met uitgesproken meningen die niet meer zo snel durven te uiten?

Een meer orthodoxe visie

‘Ik denk dat iemand met een uitgesproken opvatting zich prima thuisvoelt in een gesprek waarin hij of zij die mening mag zeggen’, oppert Nadèzda Broshuis. ‘Het gaat erom op welke manier we het gesprek voeren. Alle perspectieven mogen gehoord worden. Ook studenten met een meer orthodoxe visie. Maar niemand moet zeggen: dit is dé waarheid. Nee, dat is jóuw waarheid.’

Zes tips voor een goede dialoog:

  • Probeer een dialoog te houden met elkaar en geen discussie 
  • Stel vragen, maak geen verwijten
  • Geef ruimte aan elkaars perspectieven
  • Blijf nieuwsgierig naar de mening van een ander en laat je verrassen. Er is ook binnen de verschillende perspectieven veel nuance
  • Wees je bewust van je eigen waarheidsclaim 
  • Reflecteer na een gesprek altijd op je eigen houding