Afgestudeerde hbo’ers zeggen steeds vaker dat hun opleiding behoorlijk pittig was. Ze vinden de examens moeilijker, de docenten strenger en de stof diepgaander dan vijf jaar geleden.
Elk jaar vraagt het Maastrichtse Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) recent afgestudeerde hbo’ers hoe ze achteraf tegen hun opleiding aankijken. Het hbo-niveau lijkt, afgaande op hun antwoorden, al een aantal jaren te stijgen.
De laatst bevraagde lichting stamt uit 2010/2011, want het ROA peilt de hbo’ers anderhalf jaar na afstuderen. Van deze voormalige studenten vond 41 procent hun studie uitdagend, tegen 33 procent van de afgestudeerden uit 2006/2007.
Vijf jaar geleden had de helft van de ondervraagden het idee dat sommige studiegenoten hun diploma eigenlijk niet verdienden. Dat is nu gedaald naar een derde. Het aandeel afgestudeerden dat aangeeft dat de examens ‘zeer pittig’ waren steeg van 21 naar 27 procent.
Afgestudeerden van het hbo klagen al jaren over het niveau van hun opleiding. Ook docenten trokken aan de bel en zeiden dat het niveau in gevaar kwam. De affaire met dubieuze afstudeerroutes aan de Hogeschool Inholland leek alle kritiek te bevestigen en bracht een schokgolf teweeg.
Met entreetoetsen, hogere eisen aan docenten, strengere beoordeling van scripties en meer contacturen lijkt er een kentering in gang te zijn gezet. Of het onderwijs daadwerkelijk beter en uitdagender is geworden, is volgens Christoph Meng van het ROA moeilijk te zeggen. 'Dat valt uit dit onderzoek niet af te leiden, maar ik kan me voorstellen dat beter onderwijs de trend wel deels verklaart.'
Een andere mogelijkheid is dat de vooropleidingen (mbo en havo) minder goede studenten afleveren dan een aantal jaar geleden. Zij zouden hun studie dan moeilijker kunnen vinden. Maar ook daar zeggen deze cijfers niets over.
Opvallend: het aantal studenten dat de opleiding een goede basis vindt voor zijn verdere ontwikkeling daalde juist: van 69 naar 63 procent. Dat kan te maken hebben met de niet al te ruime arbeidsmarkt; voor zestig procent van de studenten die in 2005/2006 afstudeerden was hun studie een goed startpunt voor een baan en nu geeft nog maar 48 procent dit aan.