Nieuws

Hogescholen willen meer vwo’ers trekken

De hogescholen willen ervoor zorgen dat vwo’ers weer vaker voor een hbo-opleiding kiezen, zei voorzitter Thom de Graaf van de Vereniging Hogescholen vandaag in een toespraak op het jaarcongres.

Het is een van de dingen die de hogescholen willen aanpakken, vertelde hij in het bijzijn van minister Van Engelshoven. ‘Universiteiten zuchten onder vwo’ers die daar eigenlijk niet thuishoren omdat ze niet wetenschappelijk zijn gemotiveerd, ik hoorde het de afscheidnemende rector magnificus van de Universiteit Utrecht onlangs zeggen.’

Langgekoesterde wens
Hij verwijst naar Bert van der Zwaan, die al jaren zegt dat veel vwo’ers beter naar het hbo kunnen gaan en dit standpunt nog eens onderstreepte toen hij afscheid nam als rector magnificus van de Universiteit Utrecht.

Het is een langgekoesterde wens om weer meer vwo’ers naar het hbo te halen, maar het lijken er de laatste jaren juist minder te worden. ‘Laten we er dan samen voor zorgen dat vwo’ers die praktisch zijn ingesteld maar wel graag willen leren, hun weg naar een topopleiding op de hogeschool weten te vinden’, zei De Graaf.

Hij complimenteerde minister Van Engelshoven met haar keuze om hogescholen en universiteiten vooral zelf te laten bepalen wat ze belangrijk vinden in het onderwijs. Ze mogen samen met de medezeggenschap eigen ‘kwaliteitsafspraken’ maken. ‘Meer docenten, meer begeleiding in het eerste jaar, meer ruimte voor studenten om bij te dragen aan onderzoek, dat wordt nergens anders bepaald dan in de schoolgemeenschap zelf. En zo hoort dat ook.’

Veel handwerk
Het is helemaal niet vanzelfsprekend dat het hoger onderwijs zoveel ruimte krijgt. De Graaf waarschuwde dat het nog ‘veel handwerk’ zal vergen in Den Haag ‘om politici, ambtenaren en belangenlobby’s te weerhouden van regelzucht en sturingsdrift’.

Rode draad in zijn toespraak was overigens een lied van popgroep De Dijk, We beginnen pas. ‘Ik luister er vaak naar, een beetje mijn lijflied’, zei hij. ‘We zijn er nog niet, maar we zijn onderweg. We beginnen pas.’