Nieuws

‘HU moet zich scherp richten op Utrecht’

Met het festival ‘De stad van morgen’ in zalencomplex TivoliVredenburg opende de HU donderdag 25 augustus het nieuwe collegejaar. Centraal stond de samenwerking van de hogeschool met de gemeente Utrecht.

Door Gerard Rutten

Bij aanvang van het plenaire programma halverwege de middag in de goedgevulde Grote Zaal werd eerst de ‘powerpose’ geoefend: groepen aanwezigen (studenten, lectoren, docenten) werden om de beurt gevraagd op te staan en de handen in de zij te planten. Want het gaat niet alleen om het hebben van ambities maar ook om de daadkracht ze uit te voeren, zei dagvoorzitter Lotte Willemsen, sinds een jaar lector Crossmedia Business.

Vegetarische hotdogs
Dan heeft een flink deel van de toeschouwers er al een halve middag opzitten tijdens het voorprogramma. Studenten en medewerkers konden zich tegoed doen aan goedgevulde broodjes gezonde drankjes. Ook kon geproefd worden van duurzame snacks zoals vegetarische hotdogs en gerechten van sprinkhanen en meelwormen. En passant kon het publiek zorgrobots (Zora) en een 3D-printer aan het werk zien en met hologrambrillen in de weer. Een vijftal sessies van onder meer enkele lectoren zorgden voor inhoudelijke inspiratie.

Tijdens speeches benadrukten collegevoorzitter Jan Bogerd en collegelid Anton Franken het belang van de hogeschool voor de stad en regio en de onderlinge samenwerking. Bijvoorbeeld door het scholen van de inwoners. Het convenant tussen de HU en gemeente Utrecht werd bekrachtigd door het zetten van handtekeningen op een graffiti-schilderij (foto) door Bogerd en onderwijswethouder Jeroen Kreijkamp. De wethouder onderstreepte het belang van onderwijs omdat het inwoneraantal van Utrecht harder groeit dan het aantal banen.

Utrecht als proeftuin
Collegelid Franken memoreerde het onlangs gekozen profiel van de HU: ‘Kwaliteit van samenleven in een stedelijke omgeving’. Utrecht zou kunnen fungeren als ‘proeftuin’ door de opgedane kennis in de stad in te zetten. ‘Maar die kennis kunnen we natuurlijk ook op andere plekken toepassen’, opperde hij. Hij noemde daarbij Amsterdam. Hans Mommaas, hoogleraar Regional Sustainability Governance, trapte in zijn speech enigszins op de rem: ‘De agenda van de HU moet zich scherp richten op de stad Utrecht. En niet op Amsterdam.’