“Ga je door met je blogs?”, vroeg Trajectum redacteur Gerard Rutten tijdens het HU lustrumfeest. Hij stond samengeklit met hoofdredactrice (tegenwoordig moet je haar hoofdredacteur noemen, zie column van 29-10-10) en nog twee redactrices. “Ja hoor,” zei ik. “Er is voldoende stof om over te schrijven.”
“Knap dat je het volhoudt om elke dag wat te produceren.”
Je moet elke keer wel weer even nadenken en zorgen dat het ergens over gaat. Maar als ik de krant lees of televisie kijk, dan schieten de onderwerpen door mijn hoofd. Eigenlijk moet je met een opschrijfboekje of dictafoon in je zak lopen, maar dat doe ik niet. Toevallig ben ik van de week een keer uit mijn bed gestapt om wat op te schrijven, want ik weet inmiddels dat al die hersenspinsels van vlak voor het slapen gaan, de volgende ochtend verdwenen zijn.
In Het Parool van zaterdag las ik iets over een onderzoek van Peter Lovatt van de Universiteit van Hertfordshire. Daar ben ik geweest om deel te nemen aan een International Week en heb gastlessen gegeven. In maart mag ik weer, met een jonge collega. Kijk, nu ben ik al het eind van mijn blog en niet eens toegekomen aan wat ik wilde zeggen.