Columns

Koekoek

“Maar verder is alles goed met je?” vraagt de één. “Ben je wel helemaal in orde” de ander, terwijl nummer drie aan m’n voorhoofd voelt: “Heb je zoveel koorts dat je ijlt?”

Na verhalen over vakantie uitgewisseld te hebben heb ik zoiets gezegd als dat ik ook wel weer blij was aan ’t werk te kunnen. En dat lijkt bijna niet te kunnen. Blij zijn om te gaan werken? Dan ben je koekoek (=gek).
Ik heb twee dochters, werken toevallig (?) allebei met mensen met een psychiatrische aandoening; met mensen dus die “koekoek” zijn of hebben. Deze koekoeks zouden erg blij zijn om gewoon weer aan ’t werk te kunnen in plaats van een verplichte “vakantie” in een instelling.
En ook: is er voor jou nu echt zoveel verschil in werk en vrije tijd? Is niet werken en/of studeren een leuke invulling van je vrije tijd? En als dat niet zo is, wie is er dan koekoek?