Nieuws

‘Laat lector docenten bijscholen’

Lectoren zijn geen superdocenten. Lesgeven is niet hun belangrijkste taak, zegt Johannes van der Vos van het landelijk netwerk van lectoren. Volgens studentenorganisatie ISO moeten lectoren juist vaker voor de klas staan.

Lectoren geven maar mondjesmaat college, blijkt (PDF) uit een onderzoek van het Interstedelijk Studenten Overleg. Volgens de studenten zouden lectoren meer les moeten geven, bijvoorbeeld in onderzoeksvaardigheden. Ook zouden ze de voorbereidende minoren voor een wo-master op zich kunnen nemen.

Johannes van der Vos, secretaris van het Forum voor praktijkgericht onderzoek, erkent dat er ruimte is voor verbeteringen, maar denkt niet dat extra lectorlessen de oplossing zijn.

‘Natuurlijk is het belangrijk dat lectoren af en toe college geven, maar ze zijn er in de eerste plaats om leiding te geven aan onderzoek op de hogescholen en om mee te denken over het curriculum.’ Lectoren kunnen beter onderzoeksvaardigheden bijbrengen aan de docenten, denkt hij. Die geven het dan weer door aan hun studenten.

Er zit niet veel anders op: ‘Er zijn relatief weinig lectoren, die vaak in deeltijd werken. Natuurlijk is hun impact beperkt.’ In 2010 waren er 457 (deeltijd)lectoren, gemiddeld één voltijdsaanstelling per 1714 studenten.

Toch zouden studenten vaker bij het onderzoek van de lectoren moeten worden betrokken, schrijft het ISO. Ze doen er zelden hun afstudeeronderzoek, terwijl bijna twee derde van de ondervraagde studenten dat best zou willen. Volgens Van der Vos gebeurt het al wel steeds vaker.

Het is de tweede keer dat het ISO onderzoek deed naar de studentparticipatie in lectoraten. Steeds meer hbo-studenten blijken te weten wat een lector is en dat was drie jaar geleden nog anders. Toen concludeerde het ISO dat lectoren vooral paradepaardjes van de hogescholen waren en dat studenten nauwelijks van hun bestaan wisten.