Een serie portretten van HU-studenten die hun bijbaan of stage kwijtraakten. Deel 2: Laureen Verhoeven (19) zit in het tweede jaar van haar opleiding Facility Management aan de Hogeschool Utrecht, in Amersfoort. De tweede helft van dit studiejaar zou ze stagelopen, maar na zes weken moest ze stoppen.
‘Toen ik begon met mijn stage bij Albron Center Parcs in Zeeland zegde ik mijn baantje in Utrecht op. Het leek me moeilijk te combineren. Er waren in Zeeland woningen voor stagiairs waar ik op kamers zou gaan, maar ik ben weer bij mijn ouders ingetrokken.’
Geen inkomsten
Ze heeft geen inkomen, maar ook nauwelijks kosten. Het scheelt dat ze niet meer uitgaat met vriendinnen. ‘Ik koop geen kleding en schaf alleen zaken aan die ik echt nodig heb. Het is prima te doen. Het enige waar ik tegen aanloop is dat ik alleen maar thuis ben en nergens heen kan.’
Doordat ze stage liep, heeft ze weinig schoolopdrachten. Twee tentamens zijn geannuleerd en het is niet duidelijk wanneer die doorgaan. ‘Het ontbreekt me aan motivatie om die te gaan leren. Ik heb met mijn docenten overlegd of ik verder kan met mijn stageonderzoek. Voor een deel kan dat, maar het is de vraag of het lukt vanuit huis. Ik moet de huisvesting van mijn stageplek onderzoeken, waar ik niet ben.’ Ze mag de deadline verschuiven, mocht het nodig zijn.
Eten op anderhalve meter afstand
De vrijgekomen uren besteedt ze aan het leren van de Spaanse taal, samen met het hele gezin. En zodra het mooi weer is, gaat ze skaten met vriendinnen. In de middag betrekt ze tegenwoordig ook de keuken. ‘Ik kook nu gemakkelijk drie of vier dagen achter elkaar. Dat was niet gebeurd zonder corona. Ik vind het steeds leuker worden.’
Wanneer Laureen weer verder kan met haar stage weet het bedrijf niet. ‘Albron verzorgt de catering van Center Parcs en ik denk dat er nog een grote stap nodig is voordat alle restaurants weer open kunnen. Bovendien vraag ik me af hoeveel eten er nodig is als iedereen op anderhalve meter afstand moet blijven.’ Ze hoopt dat het park in de zomer weer open kan. Ze is er in ieder geval nog welkom om haar stage te voltooien.
‘Ik ga ervan uit dat ik dan weer mijn stagevergoeding krijg. Zo niet, dan ga ik op zoek naar een bijbaan. Maar het geld is nu niet het belangrijkste. Ik wil vooral door met mijn opleiding en me nuttig maken.’