Columns

Mijn lichaam is een doe-het-zelf pakket zonder handleiding 

Foto: Kees Rutten

Lauren Kooyman doet Journalistiek aan de HU.

Als ome Poetin of ome Trump besluit de grote rode knop in te drukken, weet ik één ding zeker: ik kom de Ark van Noach niet op. Ik zie de Netflixserie-waardige scène al voor me. Alle burgers in een rij voor een strenge selectie voor de toekomst van de mensheid. De bewaker opent mijn medische dossier, fronst zijn wenkbrauwen en smijt voor mijn neus het poortje dicht.  

Mijn lichaam is een doe-het-zelf pakket dat geleverd werd zonder handleiding. Vorig jaar kneusde ik mijn ribben door te hoesten – mijn longen besloten dat astma in een schimmelig studentenhuis dé ultieme test was. Een test die ik overigens verloor, net als de schadeclaim die ik bij mijn huisbaas indiende.  

Voordat ik mijn ogen liet laseren had ik -7. Na het eten van een garnaal ben ik even rood als het beestje. Corona pakte me drie keer en ik was hét bewijs dat ‘Dansen met Jansen’ mislukte propaganda was. Na een avond stappen moest ik mijn zomervakantie cancelen. Een doos bonbons is met mijn notenallergie een spannend potje Russisch roulette.  

Dus toen ik woensdag werd gestoken door een bij en me prima voelde, schreeuwde ik trots van de daken. Het voelde als evolutie. Het gestreepte beestje heb ik ceremonieel in de sloot gedumpt. Een dag later had ik koorts, een opgezet been en pillen opgehaald bij de apotheek.  

Roekeloos ben ik niet, maar ik leef ook niet enorm voorzichtig. Vrienden kopen pesto zonder cashewnoten en mijn moeder zet bij reserveringen mijn allergieën in hoofdletters in de opmerkingen. Op het terras spreekt ze rokende buren toe alsof ze een zeldzame panda beschermt: “Sorry, mijn dochter heeft ernstige astma, dus…” 

Afgelopen weekend hing ik twee uur en 8 minuten in de wachtrij bij de spoedhuisartsenpost omdat de pillen van de apotheek niet werkten. ‘U kunt het beste uitzieken’, kreeg ik te horen. Deze column wordt geleverd vanuit bed in mijn ouderlijk huis. 

Terug naar de Netflixserie-waardige scène. Daar sta ik dan, voor een dichte deur. PATIENT ZERO staat er op de stempel op mijn paspoort. Verrassend is het niet. Een beetje jammer wel. Aan de andere kant: in de hemel kan ik eindelijk alle pindakaas testen die ik op aarde moest laten staan.