Nieuws

‘Minister moet niet op de stoel van de rechter zitten’

De Tweede Kamer heeft nog altijd grote bedenkingen tegen het wetsvoorstel waarmee minister Bussemaker hogescholen en universiteiten kan sluiten die zich schuldig maken aan discriminatie.

Door Hein Cuppen (HOP)

Al tweeënhalf jaar broeden minister en Tweede Kamer op mogelijkheden om de Islamitische Universiteit Rotterdam aan te pakken. De rector van deze niet-bekostigde instelling doet keer op keer controversiële uitspraken over tegenstanders van de Turkse president Erdogan. De raad van toezicht weigerde tot nog toe hem daarop aan te spreken.

Minister Bussemaker wil de IUR dolgraag sluiten, maar het ontbrak haar aan wettelijke mogelijkheden. De twee hbo-opleidingen van de IUR voldoen aan de eisen van onderwijskeurmeester NVAO. Ze werkte daarom maandenlang aan een wetsvoorstel dat ze in februari naar de Tweede Kamer stuurde.

Forse kritiek
Daarin verplicht ze ook niet-bekostigde instellingen om ‘het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef van hun studenten te bevorderen’. Met die bepaling kunnen discriminerende instellingen als de IUR eindelijk worden aangepakt, verwacht ze.

De bewindsvrouw liep op eieren, want de Kamer had dit voorjaar al forse kritiek op haar plannen, net als eerder de Raad van State. Die vond dat de overheid de grondwet overtreedt als ze een opleiding sluit omdat de bestuurders discrimineren. Ingrijpen kan volgens de raad alleen als de kwaliteit van het onderwijs gevaar loopt. Ook moet de overheid niet te snel oordelen over de vraag of iemand zich discriminerend uit. Dat is ter beoordeling aan de rechter.

Strafbaar feit
VVD, SP en PVV steunen de minister voluit, maar partijen als D66, de SGP en het CDA vroegen zich gisteren opnieuw af of de scheiding der machten niet in gevaar komt. D66-Kamerlid Paul van Meenen wees erop dat veel afhangt van de politieke kleur van de minister. Het scheelt volgens hem nogal of straks minister Bisschop van de SGP of minister Beertema van de PVV moet beoordelen of iets discriminerend is of niet. Ligt het niet meer voor de hand dat de minister van onderwijs aangifte doet van een strafbaar feit en het oordeel daarover aan de rechter laat?

Maar Bussemaker wierp tegen dat de persoon in kwestie dan misschien wel gestraft zou worden, maar niet de instelling als geheel. Een besluit om een instelling haar rechten te ontnemen zal ze eerst voorleggen aan de Tweede Kamer. Bovendien kan de instelling nog in beroep bij de rechter. Ze liet zich niet op andere gedachten brengen.

Niet meewerken
Tijdens het debat maakte de minister overigens bekend dat de IUR niet langer wil meewerken aan een afgesproken onderzoek van de NVAO. Een onafhankelijke commissie onder leiding van voormalig VSNU-voorzitter Sijbolt Noorda zou kijken of de IUR het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef van haar studenten wel bevordert. Pas als het wetsvoorstel is aangenomen, door Tweede én Eerste Kamer, kan de minister aan deze weigering consequenties verbinden.