Over één ding zijn de partijen in de Tweede Kamer het eens: het is een beschamende vertoning, dit gedoe rond de langstudeerboete. Maar eigenlijk gaat het debat niet over die boete, maar over het afschaffen van de basisbeurs.
Waarom lukt het de partijen niet om een oplossing te vinden voor het afschaffen van de langstudeerboete? Waarom vinden ze geen geld om de boete alsnog terug te draaien, als ze dat allemaal willen?
Omdat ze het oneens zijn over de oplossing. 'Als ik instem met het terugdraaien van de langstudeermaatregel, dan weet ik dat het sociaal leenstelsel ervoor in de plaats komt', zei Carola Schouten van de ChristenUnie. En haar partij wil dat niet.
Het is de oplossing die VVD, PvdA, D66 en in enigszins lichtere mate ook GroenLinks voor ogen staat: het afschaffen van de basisbeurs. Dat kost studenten zo’n dertienduizend euro, oftewel ruim vier keer de langstudeerboete.
Daar zijn SP, CDA, PVV en ChristenUnie tegen. Bovendien lukt het niet om zo’n stelsel op korte termijn op te tuigen. Dat zou ook niet helpen om het financiële gat te dichten dat het afschaffen van de langstudeerboete zou slaan.
Tofik Dibi van GroenLinks probeerde het debat over de langstudeerboete los te snijden van het leenstelsel. Hij wil eerst de boete afschaffen en daarna, als het nieuwe kabinet er is, over het leenstelsel praten.
Daar komt bij dat de VVD de kortetermijnoplossing niet solide vindt. Een meevaller uit de studiefinanciering is niet genoeg om even de boete mee tegen te houden, vindt Anne-Wil Lucas. Beter is het om het leenstelsel geleidelijk in te voeren en de langstudeermaatregel geleidelijk af te bouwen. Ze kon studenten wel uitleggen dat die boete dan nog even bleef bestaan.
Dat laatste kunnen de andere partijen niet, vinden ze. Maar een oplossing kunnen ze voorlopig nog niet bieden. Dat constateert ook staatssecretaris Zijlstra.
Nieuws