Nieuws

Gemoedelijk protest tegen bezuinigingen

Studenten demonstreerden dinsdagmiddag 22 september in Den Haag tegen
bezuinigingen in het hoger onderwijs. De sfeer was goed. ‘Actie! Actie!’
scandeerden ze. En onder begeleiding van een sirene: ‘Investeer
meer!’

Ook creatievere uitingen ontbraken niet. Bevallig dansende meisjes in
panterpakjes zeiden zich te moeten prostitueren om hun studie te kunnen betalen.
En jongens met hoge zwarte hoeden droegen ‘de kenniseconomie’ in een witte kist
ten grave.

Ongeveer vijfhonderd studenten waren op de door de Landelijke Studenten
Vakbond (LSVb) georganiseerde demonstratie afgekomen. Op de Lange Voorhout waren
bankjes neergezet voor een ‘hoorcollege’ met diverse prominente sprekers. ‘Te
lang is het onderwijs het ondergeschoven kindje geweest bij opeenvolgende
kabinetten’, sprak LSVb-voorzitter Gerard Oosterwijk. ‘Nu is het tijd voor
daden. Behoed Nederland voor een kenniscrisis!’

Achter hem op het podium stond een groot bord met een dalende rode lijn
die de investeringen per student in de afgelopen decennia aangeeft. Als het aan
de organisatoren ligt ‘gaat die lijn vanaf nu weer omhoog’.

Minister Plasterk nam een manifest in ontvangst, waarin de LSVb en andere
jongerenorganisaties het kabinet oproepen het onderwijs ‘categorisch uit te
sluiten’ van de voorgenomen bezuinigingsronde en er zelfs extra in te
investeren. De studenten kregen bijval van Karel van der Toorn,
bestuursvoorzitter van de Universiteit van Amsterdam en Hogeschool van
Amsterdam: ‘Het water staat ons tot aan de lippen.’ Van der Toorn sprak zijn
steun uit aan de demonstranten, ‘namens alle universiteiten en
hogescholen’.

Na het in ontvangst nemen van het manifest zei Plasterk zich te
realiseren hoe belangrijk het hoger onderwijs is voor de toekomst van Nederland.
Maar het uitblijven van bezuinigingen kon hij ‘niet precies garanderen’. De
minister was niet de enige politicus die de studenten toesprak. Ook Kamerleden
van PvdA, VVD, SP, GroenLinks en D66 deden hun zegje. Ze konden niet allemaal op
evenveel bijval rekenen.